Verhaal

Korte aanvulling

In de politierapporten van de gemeentepolitie Apeldoorn staat het volgende over Betje Weijl-van Praag genoteerd: Wordt telefonisch kennis gegeven dat de bewoonster van perceel Schuttersweg 88 vermoedelijk iets is overkomen daar men haar den geheelen dag nog niet heeft gezien. Zij woont alleen. Agent van politie Van Rave gaat ter plaatse en deelt even later per telefoon mede dat hij zich tot de woning toegang heeft verschaft door verbreking van een ruit. Door hem werd een kolendamplucht waargenomen. De bewoonster werd door hem dood op bed aangetroffen, zoodat zij vermoedelijk door kolendampvergiftiging om het leven is gekomen. Dr. Hermanides gewaarschuwd, die de doodschouw zal verrichten. Vervolgens staat er dat er nog twee agenten ter plaatse gaan. Twee en een half uur later wordt genoteerd: Dr. Hermanides had de doodschouw reeds verricht. Een bedrag aan geld, groot ƒ40,82, als mede distributiebescheiden werden door rapporteur meegenomen. De in de woning staande kachel bleek nog te smeulen, terwijl de kachelpijp geheel verstopt zat. De woning is afgesloten en de sleutel is door rechercheur Wolvenne meegenomen. Blijkens gevonden papieren zou de overledene familie hebben te Amsterdam. De politie te Amsterdam zal deze trachten te waarschuwen. Dr. Lobstein van het Apeldoornsche Bosch deelt later mede, dat hem bekend is (een dochter van mevr. Van Praag) wordt verpleegd in het Apeldoornsche Bosch) dat familie (zuster) zou wonen te Amsterdam, Oudezijde Achterburgwal 111.