Biografie

Het lot van Asser de Haan, zijn vrouw Rosa Vos en dochters Gysina, Suzanna en Evalina.

Asser de Haan was geboren op 10 November 1893 in Amsterdam als zoon van Daniel de Haan en Gijsina Bonettenmaker. Dat gezin bestond uit vader, moeder en zes zonen: Abraham, Emanuel, Simon, Meijer, Asser, Jacob en Isaac. Meijer overleed als kind van 6 jaar in Amsterdam. Simon overleed daar op 29 jarige leeftijd en Jacob overleefde de oorlog en overleed daar in 1966. Abraham werd in Sobibor vergast, Emanuel en Isaac in Auschwitz en Asser werd vermoord in Dachau.

Asser de Haan woonde in Amsterdam, maar vertrok op 1 Februari 1922 naar Antwerpen om daar als diamantbewerker aan de slag te gaan en waar hij later als diamantair een eigen bedrijf had. Op 31 Mei 1922 trouwde hij in Amsterdam met Rosa Vos, een dochter van Salomon Vos en Sientje Les. Rosa was op 14 Januari 1893 in Amsterdam geboren en volgde haar man naar België.  

Het echtpaar De Haan-Vos kreeg drie kinderen t.w. Gysina, die op 9 September 1923 in Antwerpen werd geboren, daarna volgde Suzanna op 13 Juli 1925 en nadat het gezin verhuisd was naar Borgerhout, werd daar op 24 Januari 1927 Evelina geboren. Het gezin De Haan verbleef tussen 1922 en 1941 in Antwerpen, Borgerhout en Deurne; vanaf 28 November 1938 woonden zij in de Lange van Ruusbroecstraat 88 in Antwerpen-stad.

Op 24 Maart 1941 werd de familie De Haan vanuit Antwerpen uitgeschreven naar de Plantage Kerklaan 14 I in Amsterdam, waar zij op 3 April officieel werden geregistreerd. Asser, zijn vrouw en hun drie kinderen woonden korte tijd in op de Plantage Kerklaan bij zwager Jacob Salomon Vos, die daar met zijn zussen Clara en Rachel woonde. Twee weken later verhuisde de hele familie de Haan naar de Rijnstraat 154 II in Amsterdam-Zuid.

Asser de Haan was diamantair en had een zaak in Antwerpen. Hij had al met zijn gezin uitstel van deportatie verkregen maar op 20 Juni 1943, ten tijde van de in het geheim door de Duitsers voorbereidde grote razzia, werd het hele gezin tóch gearresteerd en afgevoerd naar Westerbork. Asser kwam in barak 68 terecht en Rosa met haar drie dochters in barak 65.

Pogingen om wéér uitstel van deportatie te verkrijgen mondden uit in onderhandelingen en correspondentie met Puttkammer, en nog gaande onderhandelingen met het Rijksbureau voor Diamant, waardoor Suzanna de Haan en haar zuster Gysina de Haan op 17 Juli 1943 uit Westerbork werden ontslagen. Zij zijn daarop naar Amsterdam vertrokken naar de de Smitstraat 36 in Amsterdam-Oost, waar hun oom Jacob de Haan met zijn gezin woonde. Verdere archiefgegevens tonen aan dat zij op 15 December 1943 terug waren in Westerbork en toen verbleven in barak 68.

Asser de Haan werd met zijn vrouw Rosa Vos en dochter Evelina op 25 Februari 1944 gedeporteerd naar Theresienstadt. Asser werd vandaar op 28 September 1944 doorgestuurd naar Auschwitz, maar is vermoedelijk met de z.g. evacuatie- transporten uiteindelijk in Dachau terechtgekomen waar hij op 15 Februari 1945 is vermoord.

Die 25e Februari 1944 werden Evelina en haar moeder Rosa Vos óók gedeporteerd naar Theresienstadt, vanwaar Evelina op 12 October 1944 werd doorgestuurd naar Auschwitz. Zij is uiteindelijk op 16 Februari 1945 ergens in Midden Europa om het leven gekomen.

Rosa de Haan Vos heeft de Shoah weten te overleven. Zij stond in Mei 1945 op een lijst met overlevenden van Theresienstadt, kon terugkeren naar Nederland. In September 1945 verbleef zij kort in de Oosterhoutlaan 33 in Nieuwer Amstel (nu Amstelveen) bij de familie De Jonge, verbleef van eind November 1945 tot Juli 1947 in de Molukkenstraat 119 III in Amsterdam-Oost, waar overlevende familie  woonde, om daarna weer terug te gaan naar de Oosterhoutlaan 33 in Amstelveen.

De zusters Gysina en Suzanna de Haan zijn beiden in Westerbork getrouwd. Gysina met Kurt Hartog uit Haaren bij Aken, die al vanaf November 1939 als vluchteling in Westerbork was en behoorde tot de “Alte Insasse” en Suzanna ontmoette in Westerbork Jacob David Noach uit Zutphen, met wie zij is getrouwd. Gysina en Suzanna en hun echtgenoten zijn niet gedeporteerd, hebben de oorlog overleefd en maakten in April 1945 de bevrijding in Kamp Westerbork mee. Na de oorlog zijn beide echtparen naar Amerika geëmigreerd.

Bronnen o.a. het Felix Archief Antwerpen, vreemdelingen dossier uit Antwerpen voor Asser de Haan nr. 168681, uit de gemeente Berchem nr.10600; het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Daniel de Haan, archiefkaarten van Asser de Haan en Rosa Vos, woningkaarten Amsterdam van  Rapenburgerstraat 102, Plantage Muidergracht 35 en Molukkenstraat 119 III; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Asser de Haan, Rosa de Haan-Vos en de kinderen Gysina, Suzanna en Evelina de Haan, Kurt Hartog en Jacob David Noach; Bevrijdingsportretten van Tina & Kurt Hartog en van Suzanna en Jaap Noach en een toevoeging van een bezoeker van de website.

Alle rechten voorbehouden