Verhaal

Hendriejette Benninga, Frouwktje Benninga en Rozette Turksma-Benninga

Na de dood van hun schoonzus trokken de zussen Hendriejette (Jet), Rozette en Frouwktje (Froukje) Benninga met hun ouders in bij hun broer Simon om zijn kleine zoon Noach te verzorgen, die nog maar een baby was. De tantes deden samen de huishouding. Jet en Rozette naaiden daarnaast beiden japonnen en gaven ook naailessen. Froukje dreef de winkel van de familie aan de Molenstraat 8 in Eenrum en verkocht galanterieën, drogisterijartikelen en kruidenierswaren. Later verkocht ze ook schoolboeken. Na haar huwelijk in 1922 verhuisde Rozette naar Drachten. De beide andere zussen Jet en Froukje bleven achter en vervulden voor hun neefje een moederrol. Noach en zijn vader overleefden de oorlog. Zijn in de jaren zeventig geschreven herinneringen zijn gepubliceerd. In het boekje staan ook twee foto’s van zijn tantes Jet en Froukje Benninga.
Zie: Noach Benninga (met achtergrondinformatie door H. Hamburger en J.C. Regtien, Oorlogsherinneringen (Bedum 1997).