Biografie

Over Filippus, Izak, Rebekka en Roosje Valk uit Muntendam.

In het huis in de Kerkstraat B 66 in Muntendam woonden twee broers en twee zussen, alle vier ongetrouwd en alle vier kinderen van Jonas Filippus Valk en Jetta Levitus. Jonas overleed in 1928 maar Jetta stierf al in 1905. Zij hadden in totaal zes kinderen, waarvan twee kinderen de Holocaust overleefden: Jakob overleed in 1956 in Den Haag en Hartoch in 1982 in Haren.

Van de andere vier kinderen, die slachtoffer werden van de nazi’s, was Filippus de oudste. Hij werd doorgaans Lips genoemd en was geboren op 7 Juni 1879. Daarop volgde broer Izak, die op 22 Januari 1882 was geboren. Beiden werkten in de slagerij van Hartoch Levitus, een broer van Jetta Levitus, die ook in de Kerkstraat was gevestigd, Filippus als paardenslager en Izak als slagersknecht.

De beide zusters verzorgden het huishouden in het ouderlijk huis, maar hielpen daarnaast ook in de verkoop van vlees in de slagerij. Rebekka was geboren op 16 Februari 1885 en Roosje op 2 Juni 1890 was, Izak was behalve slagersknecht bij Levitus, ook handelaar in ongeregelde goederen: hij handelde in oud-ijzer, in vodden maar ook in dierenhuiden, net als zijn vader Jonas.

De avond van 11 November 1942 werden de zussen en de broers vanuit hun ouderlijk huis met geweld weggehaald en afgevoerd naar Westerbork, waar zij op 12 November werden geregistreerd. Op 20 November werden zij gevieren met nog 722 andere gedeporteerden op transport gesteld naar Auschwitz, en bij aankomst op 23 November 1943 onmiddellijk in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau vermoord.

Bronnen o.a. website Allegroningers.nl/geboortes Muntendam; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Filippus Valk, Izak Valk, Rebekka Valk en Roosje Valk; het boek Open Joodse Huizen deel 2, pagina 83-89 door Else Valk; de wikipedia listing jodentransporten vanuit nederland.nl en aanvullingen van bezoekers van de website.

 

Alle rechten voorbehouden