Verhaal

Verhaal van de familie Selinko

Liselotte Margarete Felicitas Selinko is op 22 februari 1917 in Wenen in een Joodse Familie geboren. Haar voorvaderen stammen  (met uitzondering van één grootvader die nog in Hongarije geboren is) allen uit Wenen. Haar familie had een onderneming in de textielindustrie en was tot de Eerste Wereldoorlog welgesteld. Haar oudere zus, de 1914 geboren Annemarie Selinko, werd een zeer succesvolle schrijfster. Haar vader Felix Selinko is  1916 uit de IKG (Israelitische Kultusgemeinde) uitgetreden, zij zelf werd echter 1917 bij haar geboorte daar nog ingeschreven;  haar moeder is in 1918 uitgetreden.

Op 13 maart 1938 werd haar heimatland Oostenrijk door Nazi-Duitsland ingelijfd en wie het gevaar meteen juist inschatte ontvluchtte zo snel mogelijk het land. Haar zus, die door haar echtgenoot de Deense nationaliteit verworven had, kon probleemloos naar Kopenhagen vluchten en slaagde ook erin hun moeder Grete Selinko-Wolf naar Denemarken te brengen. De echtgenoot van  haar zus Annemarie was met zijn broeder na de “Anschluss” naar Wenen gekomen. De broer bood Liselotte aan om haar pro forma te trouwen zo dat ze veilig uit Wenen naar Denemarken zou kunnen vluchten. Liselotte nam het aanbod niet aan, ze was immers al met Kurt Roeders verloofd, die ze dan ook trouwde. De eveneens uit een Weense familie stammende Kurt Roeders (geboren in Wenen 1906), was ook van Joodse afkomst (uit de IKG getreden 14 april 1938, dus één maand na de zogenoemde “Anschluss”)  en in de textielindustrie werkzaam en was wellicht een ver familielid: zijn oorspronkelijke familienaam was Rosenbaum, wat ook de meisjesnaam van Liselottes overgrootmoeder was. Het stel was nog 1938 naar het veilig geachte Holland gevlucht.

Alle mannelijke voorvaderen van Liselotte waren al vóór 1938 op natuurlijke wijze overleden (vader Felix Selinko 1878 Wenen-1934 Wenen, grootvader Ignaz Selinko 1846 Hongarije – 1935 Wenen; grootvader Ignaz Wolf 1856 Wenen – 1913 Wenen), de grootmoeders echter leefden nog en werden allebei slachtoffers van de shoah: Irene Selinko (1862-1943) en Ida Wolf (1862-1943) zijn  op 80-jarige leeftijd in Theresienstadt omgekomen. (Een tante, Marguerite Kary-Selenko heeft Theresienstadt overleefd  is naar Wenen teruggekeerd waar ze 1979  op de leeftijd van 92 is overleden.)

Liselottes moeder Grete Selinko-Wolf wist waarschijnlijk gauw dat haar zus (Clara Anninger Wolf 1886-1938) een half jaar na de “Anschluss” zelfmoord had gepleegd. Maar ze kreeg pas na de oorlog te horen dat dochter Liselotte en haar kleindochter  door de nazi’s was  vermoord. Wellicht hoorde ze ook toen pas dat haar broer (Karl Wolf 1888-1944) in Auschwitz was vermoord. Ze heeft in juni 1946 in Denemarken zelfmoord gepleegd. Het is aan te nemen dat zij dus ook een (indirect) slachtoffer van de Shoah is.

 

Auteur Georg Deutsch

Alle rechten voorbehouden