Biografie

Over Betje Polak en haar man Simon Hornman

Betje Polak was de derde van de zes kinderen van Jacobus Polak en Vroukje de Jong. Zij was geboren op 14 September 1876 in Rotterdam en trouwde daar op 23 Mei 1918, oud 41 jaar met de 49 jarige weduwnaar van Sara Davidson, Simon Hornman, een zoon van Joseph Hornman en Jetta van Zwanenburg, die in Rotterdam op 4 November 1868 was geboren.

Simon Hornman trouwde met zijn eerste vrouw Sara Davidson op 8 Juni 1892 en kreeg met haar twee kinderen, t.w. Joseph in 1894 en Jacob in 1902. Joseph was in 1922 gehuwd met Margaretha Marx en in 1926 werd hun zoon Simon geboren. Joseph overleed al in 1928 en zijn vrouw Margaretha in Juni 1940 en werd begraven op de Joodse Begraafplaats Toepad te Rotterdam.

Simon's zoon Jacob, die gehuwd was met Kaatje Frank nam na het overlijden van hun schoonzuster en weduwe Margaretha Hornman-Marx haar toen 14-jarige zoon Simon in huis; hij overleefde de Holocaust. Jacob echter werd met zijn vrouw Kaatje in 1943 Sobibor vermoord. Simon's eerste vrouw Sara Davidson overleed in Rotterdam op 26 December 1916 en werd daar begraven op de Joodse Begraafplaats Toepad. Uit het tweede huwelijk van Simon Hornman met Betje Polak werden geen kinderen meer geboren.

Het echtpaar Hornman-Polak woonde o.a. in de Aleidisstraat 72a en later op de Spoorsingel 74b. Na het overlijden van de ouders van Betje Polak (vader in 1920 en moeder in 1928) werd Betje’s broer Noach hoofd van het gezin. Hij bleef wonen in het ouderlijkhuis op de Schiedamsedijk, waar ook broer Mozes en zussen Henrietta en Hendrika inwoonden.

Toen Noach in 1931 met Lena Stad in het huwelijk trad en in de Lange Pannekoekstraat 10a gingen wonen, waren Mozes, en Hendrika verplicht om elders woonruimte te zoeken, dat zij toen vonden bij hun zuster Betje en zwager Simon Hornman op de Spoorsingel 74b. Henrietta Polak was inmiddels gehuwd met Isidore de Wind en naar Den Haag verhuisd, echter toen die in 1939 overleed, kwam ook Henrietta terug naar Rotterdam en vond een plaats in het huis van Betje en Simon op de Spoorsingel 74b.

Hoewel het niet is vermeld op hun registratiekaarten van de Joodse Raad, werden Betje Polak en haar man Simon Hornman zeer waarschijnlijk óók op 13 October 1942 opgepakt en afgevoerd naar Westerbork. Opvallend is dat behalve Betje en Simon, ook Betje’s broer Noach met zijn vrouw Lena Stad en haar zussen Hendrika en Henrietta Polak allemaal op diezelfde dag vanaf hun woonadres in Rotterdam naar Westerbork werden afgevoerd.

Allen werden op 16 October gedeporteerd naar Auschwitz en bij aankomst op 19 October 1942 onmiddellijk in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau vermoord: Betje Hornman-Polak, haar man Simon Hornman, haar broer Noach Polak en zijn vrouw Lena Polak-Stad en haar zusters Hendrika Polak en Henrietta de Wind-Polak.

Bronnen o.a.  het Stadsarchief van Rotterdam, gezinskaart Noach Polak en Simon Hornman, huwelijksakte uit Rotterdam Simon Hornman/Sara Davidson, overlijdensakte Sara Davidson, huwelijksakte Simon Hornman/Betje Polak; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Simon Hornman, Betje Hornman-Polak, Jacob Hornman, Kaatje Hornman-Frank en Simon Hornman (1928)

Alle rechten voorbehouden