Verhaal

De laatste trein van Westerbork naar Sobibor en de ontbrekende Stolperstein voor Benjamin Mozes Leefsma.

Onderzoek en tekst: Eddy van Essen

Mijn moeder vertelde toen mijn ouders op 26 januari 1946 in mijn ouderlijk huis aan de Deldenerstraat 68 in Hengelo Overijssel kwamen wonen op de deurkozijnen aan de rechterzijde nog zogenaamde mezoeza’s aanwezig waren. Dit zijn tekstkokertjes die volgens traditioneel Joods gebruik op deurposten worden aangebracht. Ze bevatten teksten uit de Thora (Hebreeuwse bijbel). Deze mezoeza’s waren aangebracht door de Joodse familie Leefsma die tot 31 maart 1943 in het huis heeft gewoond. De mezoeza wordt altijd op een rechterdeurpost aangebracht, in elk geval alle buitendeuren, en deuren die leiden naar woonkamers, werkvertrekken en slaapkamers.

Voor dit huis waren in eerste instantie twee Stolpersteine (struikelstenen) geplaatst ter nagedachtenis aan in Sobibor omgebrachte Heiman Leefsma en zijn tweede vrouw Johanna Leefsma-Zwarenstein. Stolpersteine zijn vierkante steentjes met een messing plaatje waarmee slachtoffers van het nationaal-socialisme rond en tijdens de Tweede Wereldoorlog worden herdacht. Deze steentjes zijn in de weg geplaatst voor de laatste (vrij gekozen) woning van de slachtoffers. De Duitse kunstenaar Gunter Demnig ontwikkelde in de jaren negentig het idee voor de Stolpersteine.

Naar aanleiding van deze Stolpersteine ben ik op zoek gegaan naar de geschiedenis van de joodse familie Leefsma en ontdekte bij mijn onderzoek dat er een Stolperstein ontbrak, namelijk die van hun zoontje Benjamin Mozes Leefsma. Geboren op 1 april 1943 en vermoord op 23 juli 1943 in Sobibor.

Heiman Leefsma, godsdienstleraar en gazan.

Heiman Leefsma is geboren op 22 april 1884 in Gorredijk (gemeente Opsterland). Hij was het achtste kind uit een gezin met 11 kinderen. Heiman was de vierde zoon van de zes.

Hij kwam kwam op 6 november 1908 kwam vanuit Rijssen naar Hengelo waar hij godsdienstleraar en gazan (voorzanger Thora) werd. In eerste instantie woonde hij aan de Emmaweg bij de familie Trijbits, daarna aan de Enschedesestraat 27 en aan de Deldenerstraat 68. Volgens een krantenbericht uit 10-1-1925 werd op dit adres door de KvK ingeschreven: assurantiebureau H. B. Leefsma. Het bezorgen van assurantiën op elk gebied, benevens siagerenhandel.

Heiman Leefsma.

Synagoge Joods Israëlische Gemeente in Hengelo Ov. Foto: J.G. Staal.

Woonhuis familie Leefsma in Hengelo aan de Deldenerstraat 68.

In huizenblok met Hotel de Kroon, 3e balkon van rechts.

Eerste huwelijk Heiman Leefsma met Sara Hillesum

Heiman Leefsma is op 9 mei 1910 in Amsterdam getrouwd met Sara Hillesum, geboren 16 januari 1886 in Amsterdam. Sara kwam uit een gezin met 8 kinderen, zij was het tweede kind en oudste dochter. De huwelijksinzegening vond plaats in de Nieuwe Israëlitische Synagoge.

Aankondiging huwelijk op 9 mei 1910.

Heiman en Sara kregen 5 dochters. Op 31 maart 1911 en 1 april een tweeling Jetty en Elize. Op 25 juni 1912 Cecilia, 22 juli 1916 Betty en 24 februari 1923 Hanna.

Jetty verhuisde op 30 oktober 1928 naar Amsterdam waar ze fröbelonderwijzeres werd. Cecilia verloofde zich en trouwde in 1935 met Heinrich Lamm. Het stel emigreerde in 1936 naar Palestina. Heinrich is een zoon van de bekende joodse boekhandelaar Louis Lamm.

Betty en Hanna hebben beiden de oorlog overleefd. Ze waren ondergedoken. Betty is getrouwd met Lansink en woonde na de oorlog in Amsterdam. Van haar is weinig bekend. Hanna is op 23 december 1942 met onbekende bestemming vertrokken uit Hengelo. Ze was samen met haar verloofde Gustaaf Sanders en hulp van de bekende Enschedese dominee Leendert Overduin ondergedoken. Op 16 mei 1945 zijn ze in Hengelo getrouwd in 1951 geëmigreerd naar Australië.

Elize trouwde op 9 augustus 1935 met Leo Speier en ging op dezelfde datum vanuit Hengelo wonen aan de Gaaspstraat 54 I in Amsterdam. Elize werd verpleegster bij de Centraal Israëlische Ziekenverpleging. Op 22 december 1935 kregen ze een zoon Isaak. Op 1 februari 1939 kwam Flora Abt, de moeder van Leo vanuit Duitsland bij hen inwonen. Elize, Leo en hun zoon Isaak werden op 15 december 1943 geïnterneerd in doorgangskamp Westerbork. Alle drie zijn ze op 11 februari 1944 in Auschwitz vermoord. Flora, de moeder van Leo is op 21 mei 1943 in Sobibor vermoord.

Jetty ging op 4 februari 1936 inwonen bij haar tweelingzus en zwager aan de Gaaspstraat 54 I en verhuisde op 6 mei 1943 naar de President Steynstraat 9 I.

Jubileum 12 november 1933

Op zondag 12 november 1933 werd in de Hengelose synagoge een dubbel jubileum gevierd. De (stenen) synagoge bestond 50 jaar en Heiman Leefsma was 25 jaar voorganger. De eerste synagoge die op dezelfde plek stond was van hout en gebouwd in 1837. Er werd een plechtige herdenkingsdienst gehouden geleid door de heer Leefsma waarbij een feestrede werd uitgesproken door opperrabbijn J. Hirsch. Na afloop van deze dienst werd in hotel Luijerink de jubilaris gehuldigd. Dat het werk van de heer Leefsma zeer gewaardeerd werd bleek wel uit de toespraken vol loftuitingen van meerdere hoogwaardigheidsbekleders. De dag werd besloten met een cabaretavond gevolgd door een bal. Ter gelegenheid van deze jubilea werd een gedenkboek uitgegeven met een bijdrage van o.a. opperrabbijn J. Hirsch en de Hengelose burgemeester G. Jansen.

Op 30 januari 1933 was in Duitsland Hitler aan de macht gekomen en benoemd tot rijkskanselier. Het antisemitisme nam in zijn uiterste vorm toe. Op 1 april 1933 werd een algemene ‘Juden-Boykott” afgekondigd tegen Joodse winkeliers. Kort daarna werden alle Joodse ambtenaren ontslagen. 

Burgemeester Jansen sprak in zijn rede, die ook in het gedenkboek afgedrukt staat, zich nadrukkelijk uit tegen het antisemitisme en zei onder meer:

"Elke discriminatie van het Joodsche volk wijst Nederland met beslistheid af. Cultureel en moreel zou het zich verarmd weten, zoo hier voet zou krijgen de gedachte, dat Joden burgers zijn van lageren rang. Het beschouwt het Jodendom niet als een aan ons nationaal leven vreemd element, niet als een gast, die wordt geduld, maar als organisch met ons volk verbonden, waarmede het een is in taal en met gemeenschappelijk doorleefde historie. Het dankt dat volk, omdat het ons schonk zoovele geleerden en kunstenaars, die zijn roem verspreidden, zoovele philantropen, wier milddadigheid velen tot zegen was, zoovele staatslieden en economen, die zijn naam luister bijzetten en vooral zooveel nijvere, brave, eenvoudige burgers, wier vlijt en spaarzaamheid tot versteviging en verhooging strekten van zijn welvaart.”

Overlijden Sara Hillesum en tweede huwelijk Heiman Leefsma met Johanna Zwarenstein

Op 18 december 1938 overleed Sara Hillesum (de vrouw van Heiman Leefsma) in Amsterdam. Ze is begraven op de Joodse begraafplaats in Hengelo. Op 11 juni 1939 werd onder grote belangstelling haar Matseiwa (grafsteen) onthult.

Matsewa Sara Leefsma-Hillesum

Op 27 november 1940 trouwde Heiman Leefsma in Rotterdam met Johanna Geertruida Zwarenstein, geboren op 25 mei 1900 in Rotterdam. De ouders van Johanna, Mozes Zwarenstein en Grietje Parfumeur, waren beiden overleden. Haar moeder overleed toen Johanna 12 jaar oud was. Het gezin had twee dochters, Betsy (Bep) de zes jaar jongere zus was getuige bij het huwelijk. Zij was in 1938 getrouwd met de bontwerker Willie Laufer. Het gezin kreeg in de oorlog 3 kinderen en na de oorlog nog eens drie. Zij overleefden de concentratiekampen en emigreerden uiteindelijk in 1978 naar Israël. Op 8 mei 1998 is Betsy in Jerusalem overleden.

Registratie Joodse inwoners

De Registratie van Joodse inwoners was een verordening Rijkscommissaris Seyss-Inquart, uitgegeven op 10 januari 1941. Het verplichtte alle joodse inwoners van Nederland om zich te laten registeren bij het Bevolkingsregister. Heiman Leefsma en zijn vrouw Johanna kregen hierbij de aantekening “gesperrt”. Dit was een vrijstelling voor gedwongen deportatie van Joden naar concentratie- en vernietigingskampen. Heiman wegens “functie” en Johanna wegens “echtgenoot".

Kaart Joodse Raad van Heiman Leefsma.

Kaart Joodse Raad van Johanna Leefsma-Zwarenstein.

Vernieling Hengelose synagoge en Twentse razzia

In augustus 1941 werd de Hengelose synagoge door Duitsers en NSB-ers vernield. De inboedel was tevoren in veiligheid gebracht.

Op 13, 14 en 15 september vond de grote Twentse razzia plaats. Aanleiding waren de sabotagedaden gepleegd door het verzet. 105 Joodse mannen werden opgepakt en vervoerd naar concentratiekamp Mauthausen waar ze zijn vermoord.

Heiman was lid van de Joodse Raad als vertegenwoordiger afd. Bijstand aan niet-Nederlandse Joden. Op 21 augustus 1942 stond in het Joodsche Weekblad, een uitgave van de Joodsche Raad in Amsterdam, de mededeling van het bureau Hengelo van de Joodse Raad voor Amsterdam dat vanaf dat moment ook aan de Deldenerstraat 68 was ondergebracht de afdeling reis- en verhuisvergunningen, alsmede die der Commissie voor geldelijk beheer. Elke werkdag, behoudens verhindering, werd zitting gehouden van 14-15 uur.

Bericht in het Joodsche Weekblad van 21-08-1942.

Briefkaart uit Westerbork

Op 3 februari 1943 stuurde Abraham Leefsma aan zijn oudere broer Heiman een bedankkaartje vanuit kamp Westerbork naar de Deldenerstraat 68 met de toegestane standaardtekst: “Pakje ontvangen, Hartelijk dank. Afz. Suus en Bram.” Abraham en zijn vrouw Schoontje Leefsma-Krant waren op 21 november 1942 aangekomen in kamp Westerbork. Ze gingen samen 21 september 1943 op transport naar Auschwitz waar ze op 24 september 1943 zijn vermoord. De dochter van Abraham en Schoontje, Elisa Nanette is 24 jaar oud als ze op 18 mei 1943 aankomt in kamp Westerbork. Ze trouwde op 25 november 1943 in het kamp met de 30-jarige Berthold Siegfried Hefter. Berthold overleed op 28 april 1943 tijdens een transport naar concentratiekamp Dachau. Elisa moest naar Ravensbruck een concentratiekamp voor vrouwen. Daar is ze op 25 april 1945 bevrijd door het Zweedse Rode Kruis.

Briefkaart uit Westerbork.

Standaard tekst.

Nederland Judenrein, gedwongen vertrek familie Leefsma naar Amsterdam

Op 29 maart 1943 verscheen een besluit van Hanns Albin Rauter in de krant: ‘Met ingang van 10 april 1943 is aan Joden het verblijf in de provincies Friesland, Drenthe, Groningen, Overijssel, Gelderland, Limburg, Noord-Brabant en Zeeland verboden. Joden die zich op dat ogenblik in de genoemde provincies ophouden, moeten zich naar het kamp te Vught begeven.’ Rauter is de hoogste commandant van de Duitse SS en Duitse politie in Nederland.

Volgens een rapport van de Hengelose politie opgesteld door agent Johannes de Kiewit werd door de Zentralstelle Jüdische Auswanderung te Amsterdam aan rabby Heiman Leefsma en familie vergunning gegeven zich met hun meubilair naar Amsterdam te begeven.

Rapport Politie Hengelo, 6 april 1943.

Heiman Leefsma en zijn hoogzwangere vrouw Johanna vertrokken naar Amsterdam waar ze op 31 maart 1943 introkken bij hun dochter Jetty aan de President Steynstraat 9 I. De volgende dag op 1 april 1943 werd hun zoon Benjamin Mozes geboren. De President Steynstraat ligt in Transvaalbuurt waar veel joden naar toe verhuisden. In 1940 was de buurt vrijwel volledig joods.

Archiefkaart gemeente Amsterdam van Benjamin Mozes Leefsma. Pas op 24 januari 1944 is hij officieel aangegeven.

Razzia 20 juni 1943 en transport naar Sobibor

Op 20 juni 1943 werd bij een grote razzia in Oost- en Zuid-Amsterdam de groep Joden opgepakt die nog in Amsterdam verbleven. Dit gebeurde drie maanden voordat Amsterdam 'Judenrein' verklaard werd. 5.542 Joden werden bij de razzia in juni opgepakt, geregistreerd en vervolgens per trein naar Kamp Westerbork vervoerd

Registratie op het Olympiaplein door medewerkers van kamp Westerbork Foto: oorlogsbronnen.nl 

 

Ook Heiman, Johanna, Benjamin en Jetty gingen dezelfde dag nog naar kamp Westerbork waar zijn broer Abraham en schoonzus Schoontje dan nog verblijven. Vandaar gingen ze op 20 juli 1943 met het negentiende en laatste transport van Westerbork naar het vernietigingskamp Sobibor in Polen waar ze op 23 juli zijn vermoord. Op de registratiekaarten van Heiman, Johanna, Benjamin en Jetty staat met rood potlood geschreven Trp 20-7-43. Dit is de datum van transport naar Sobibor. In dezelfde trein zaten ook een broer, schoonzus en neef van Heimans eerste vrouw.

Kaart Joodse Raad van Benjamin Leefsma.

Tussen 3 maart en 20 juli 1943 kwamen 34.313 Joden uit Nederland naar Sobibor, verdeeld over negentien transporten vanuit Kamp Westerbork. Het merendeel van de gedeporteerden werd op de dag van aankomst in de gaskamers vermoord. Uit de transporten vanuit Kamp Westerbork naar Sobibor hebben slechts achttien mensen de oorlog overleefd. Met het negentiende transport gingen 1.988 joodse mensen van Westerbork naar Sobibor.

De reis duurde drie dagen en was een ware hel. Een van de overlevenden Jules Schelvis beschrijft dit in een aantal van zijn aangrijpende boeken en documentaires.

Aangekomen in Sobibor wist men niet wat hen te wachten stond. Alle bagage moest worden afgeven en de mannen werden van de vrouwen gescheiden. Hun werd verteld dat ze zich moesten uitkleden om te douchen. De vrouwen werden eerst nog naar een barak geleid, waar hun haren werden afgeknipt. Nog steeds had men er geen vermoeden van wat hun te wachten stond.
De naakte gevangenen gingen naar de gaskamers, tot het laatste moment denkend dat het doucheruimtes waren. De gaskamers werden gevuld met koolmonoxide.

Op 14 oktober 1943 vond er in het kamp een grote opstand plaats. Honderden gevangenen lukte het die dag te ontsnappen. Het kamp werd onmiddellijk gesloten en met de grond gelijkgemaakt. In Sobibor zijn meer dan 170.000 joden uit verschillende Europese landen vermoord.

Stolperstein voor Benjamin Mozes Leefsma

Op 3 oktober 2022 werd door de Hengelose werkgroep van de Stichting Levend Verleden Oost-Nederland een herdenking georganiseerd waarbij voor het pand Deldenerstraat 68 in Hengelo een Stolperstein is geplaats voor Benjamin Mozes Leefsma. Deze werd gelegd tussen de reeds aanwezige Stolpersteine van zijn ouders Heiman en Johanna.

In Hengelo is de H. Leefsmastraat in de wijk Hengelose Es vernoemd naar Heiman Leefsma, die gedurende 35 jaar van zeer grote betekenis is geweest voor de Joodse gemeenschap in Hengelo.

Benjamin Mozes Leefsma staat (nog) niet op de Hengelose herdenkingszuil van kunstenaar Lassche. Op deze zuil in het gemeentehuis staan 167 namen en leeftijden van Joodse medeburgers die door oorlogshandelingen om het leven zijn gekomen. Ongeveer de helft van de 350 leden tellende gemeenschap kwam in de periode 1940-1945 om het leven.

Stolpersteine ter nagedachtenis aan Heiman, Johanna en Benjamin Leefsma.

Geraadpleegde bronnen: