Biografie

Over Moses Abram en zijn vrouw Rebecca de Paauw.

Moses Abram, een zoon van Emanuel Abram en Schoontje de Jong, was geboren in Amsterdam op 2 December 1891. Hij trouwde op 12 September 1917 in Zaandam met Rebecca de Paauw, een dochter van Samuel de Paauw en Keetje Soubice. Nadat het huwelijk in 1917 was gesloten, betrokken Moses en Rebecca een woning aan de Nieuwe Prinsengracht 50. Later zijn zij verhuisd naar de Linneausparkweg 73 huis. Moses Abram onderhield zijn gezin als reiziger in sponsen.

Het echtpaar Abram kreeg drie kinderen, t.w. Emanuel op 29 Augustgus 1918, Samuel op 17 April 1920 en Schoontje op 16 September 1921 die alle drie geboren zijn op Nieuwe Prinsengracht 50. Na verhuizing naar de Linneausparkweg 73 huis, zijn Moses en Rebecca daar tot aan hun deportatie blijven wonen. Van hun kinderen hebben Samuel en Schoontje de Holocaust hebben overleefd; alleen Emanuel (doorgaans Mani genoemd) werd samen met zijn vrouw Vrouwtje van Geldere op 9 Juli 1943 in Sobibor vermoord. Hun zoon Robert heeft de oorlog overleefd.

De toen nog 50 jarige Moses Abram en zijn 50-jarige vrouw Rebecca de Paauw werden op 5 September 1942 in Westerbork geregistreerd en al twee dagen later, op 7 September 1942 op transport gesteld naar Auschwitz. Dit transport was een z.g. Cosel-transport, d.w.z. in Cosel, een plaatsje gelegen ±80 km westelijk van Auschwitz, werden door de Duitsers voor arbeid geschikte jongens en mannen – doorgaans tussen 15 en 50 jaar oud, gedwongen om de trein te verlaten; zij werden in omliggende werkkampen in Silezi֝ë als dwangarbeiders tewerkgesteld.

Het transport bevatte in totaal 930 gedeporteerden, waarvan 110 jongens en mannen in Cosel uit de trein werden gehaald. Zij, die achterbleven in de trein werden verder naar Auschwitz vervoerd om daar na aankomst doorgaans direct te worden vermoord in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau.

Dat was ook het lot van Rebecca Abram-de Paauw; na vertrek uit Westerbork op 7 September en de tussenstop in Cosel, arriveerde het transport in Auschwitz op 10 September 1942. Rebecca de Paauw en vele andere vrouwen, kinderen, ouderen, zieken en zwakken werden direct naar de gaskamers afgevoerd en vergast.

Moses Abram behoorde tot de groep van 110 mannen, die in Cosel uit de trein werden gehaald. Na-oorlogs onderzoek door het Rode Kruis heeft uitgewezen dat deze groep in zijn geheel vanuit Cosel werd doorgestuurd naar de kampen Niederkirch, Seibersdorf en Blechhammer.

Moses heeft zowel Niederkirch, Seibersdorf als Blechhammer overleefd en werd van daar uit op 21 Januari 1945 met een zogenaamd “evacuatie transport” richting Gross-Rosen gestuurd. Dat transport is op 2 Februari 1945 daar aangekomen, alleen, Moses Abram heeft dat niet gehaald; hij is of bezweken aan de ontberingen die hij al heeft ondergaan en/of door SS-bewakers onderweg doodgeschoten.

Na de oorlog heeft het Ministerie van Justitie, mede op basis van onderzoek van het Nederlandse Rode Kruis en getuigenissen van overlevenden vastgesteld, dat Moses Abram op 25 Januari 1945 in Polen is overleden. De gemeente Amsterdam kreeg vervolgens opdracht een overlijdensakte voor Moses Abram op te maken, waarin dat ook is vastgelegd: overleden in Polen op 25 Januari 1945.

Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Emanuel Abram (1867) en Moses Abram (1891); archiefkaarten van Moses Abraham, Rebecca de Paauw, Emanuel Abram, Samuel Abram en Schoontje Abram; website openarchieven.nl/huwelijk Moses Abram x Rebecca de Paauw; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Moses Abram, Rebecca Abram-de Paauw, Emanuel Abram en Vrouwtje Abram-van Geldere; woonkaart Amsterdam/Linneausparkweg 73; het archief van het Rode Kruis/publicatie “Auschwitz III”- de Cosel periode/transport Westerbork Auschwitz van 7 September 1942, uitgegeven October 1952 en de publicatie “Auschwitz VI, de grote afvoer en evacuatietransporten in de eindperiode uitgegeven Maart 1952, de Wikipedia website Jodentransporten vanuit Nederland.nl/transport 7 September 1942; de Amsterdamse akte van overlijden van Moses Abram, nr. 120 van 28 November 1952 uit het A-register 98-folio 22 en de website ITS Arolson/Moses Abram/overlijden in Polen 25 Januari 1945.

Alle rechten voorbehouden