Engeltje van Tijn was de 2e echtgenote van Daniël van Thijn, een zoon van Jacob Levij van Thijn en Elisabeth Cohen, die in eerste echt op 1 Mei 1885 in Schagen gehuwd was met Marianne Drukker, een dochter van Samuel Eleazar Drukker en Hester Fruitman. Daniël was geboren in Koog aan de Zaan op 9 Maart 1861 ; Marianne in Zaandam op 1 Juli 1860.
Daniël van Thijn en Marianne Drukker kregen drie kinderen, t.w. Jacob op 29 October 1886, Samuel op 7 Augustus 1888 en Levie op 12 Januari 1894, allen in Alkmaar geboren. De oudste zoon Jacob was winkelier in Amsterdam waar hij op 14 Maart 1939 overleed. Voor zover bekend was Jacob ongehuwd.
Samuel huwde op 13 September 1928 Vronica Muller, die geboren was op 6 November 1890 in Meppel. Beiden werden op 19 November 1942 in Auschwitz vermoord.
Levie trouwde met Leentje van Allemans en hadden samen twee kinderen: Jonas op 7 October 1923 en Marcus op 31 Januari 1933. Jonas kwam uiteindelijk op 12 Januari 1944 in Monowitz om het leven en Marcus werd samen met zijn ouders op 27 Augustus 1943 in Auschwitz vermoord.
Marianne Drukker, de echtgenote van Daniël van Thijn overleed echter op 40-jarige leeftijd in Alkmaar op 31 Maart 1901. Daniël van Thijn hertrouwde toen met Engeltje van Tijn, geboren op 22 November 1859 in Den Helder als een dochter van Meijer Joseph van Tijn en Jacomina van Tijn. Echter op 1 Februari 1927 overleed Daniël van Thijn in Apeldoorn, waarna een uittreksel van de overlijdensakte uit Apeldoorn 10 dagen later werd ingeschreven in de Burgerlijke Stand van Zaandam.
In Februari 1941 woonde de weduwe geworden Engeltje van Thijn-van Tijn in bij Ludovicus Oudkerk in de Ruyschstraat 45 hs in Amsterdam, samen met zijn vrouw Elsje Oudkerk-Oudkerk en hun toen nog ongehuwde zoon Benjamin Roeland van Tijn die in 1913 geboren was. Ook woonden de twee tantes van Ludovicus Oudkerk daar in: Engeltje en Golda van Tijn. Benjamin Roeland Oudkerk trouwde in 1942 met Betje Koster, overleefden de Holocaust en emigreerden in 1950 naar Haifa.
Ludovicus Oudkerk, geboren op 23 November 1878 in Antwerpen als zoon van Levie Oudkerk en Hester Meiboom, was op 11 Februari 1903 in Den Helder getrouwd met Elsje Oudkerk; zij was een dochter van Benjamin Oudkerk (Den Helder 1851-1923), die in 1879 was gehuwd met Klaartje van Tijn (Den Helder1854-1898). Klaartje van Tijn was een dochter van Meijer Joseph van Tijn en Jacomina van Tijn en had twee zussen: Golda en Engeltje.
Golda van Tijn werd na het overlijden van haar zus Klaartje Oudkerk-van Tijn in 1898 op 6 Februari 1900 in Zaandam de 2e echtgenote van Benjamin Oudkerk. Engeltje van Tijn werd na het overlijden van Marianne van Thijn-Drukker in Maart 1901, op 27 Augustus 1901 de 2e echtgenote van Daniël van Thijn. Uit de huwelijken van Golda met Benjamin Oudkerk en van Engeltje met Daniël van Thijn zijn geen kinderen meer geboren.
Uit het 1e huwelijk van Benjamin Oudkerk met Klaartje van Tijn werden zeven kinderen geboren, t.w. Elsje (7 October 1880 – 4 Juni 1943 en vrouw van Ludovicus Oudkerk); Jacomina (7 November 1881 – 5 Maart 1943 en vrouw van Aron Salomon Kannewasser); Hijman (27 November 1882 – 15 Mei 1884); Meijer (11 Juni 1884 – 18 Februari 1945 en echtgenoot van Fijtje Elte); Mietje (22 September 1885 – 2 Juli 1943 en vrouw van David van Praag); Hijman (20 October 1886 – 16 Juli 1972 en echtgenoot van Debora Elte) en Belo, (geboren op 6 December 1887 maar die met haar man Levie Elte en hun twee kinderen de Holocaust hebben overleefd).
Uit het 1e huwelijk van Daniel van Thijn met Marianne Drukker werden drie kinderen geboren, t.w. Jacob (29 October 1886 – 14 Maart 1939); Samuel (7 Augustus 1888 – 19 November 1942) en Levie (12 Januari 1894 – 27 Augustus 1943).
Engeltje Van Thijn-van Tijn werd op 83-jarige leeftijd op 28 Januari 1943 afgevoerd naar Westerbork waar zij terechtkwam in barak 65. Een medewerker van de Joodse Raad, Albert Buchenbacher adviseerde haar op te nemen in het ziekenhuis wegens een reumatische hartspier.
Daarvoor was een volmacht nodig die aangevraagd werd bij haar haar neef Meijer Oudkerk in de Velasquesstraat 13. Op30 Januari werd nog op basis van een Afstammings Onderzoek (AO) een RAF (Rückstellung Aus der Fünten) aangevraagd, die op 4 Februari bleek tot niets te hebben geleid.
Op 6 Februari 1943 werd door Friedrich Karl Polak, adviseur bij de Joodse Raad aan Buchenbacher verzocht de eerder aangevraagde volmacht op 6 Februari ter tekening voor te leggen aan Ludovicus Oudkerk uit de Ruyschstraat 45 (waar Engeltje inwoonde) en uiteindelijk op 9 Februari getekend wordt dan na legalisatie aan de “lasthebber” werd toegezonden.
Echter alle administratieve rompslomp leidde uiteindelijk tot niets, want diezelfde dag nog, op 9 Februari 1943 werd de 83-jarige Engeltje van Thijn-van Tijn op transport gesteld naar Auschwitz met nog 1183 andere slachtoffers, waar zij bij aankomst op 12 Februari 1943 onmiddellijk in de gaskamers van Auschwitz-Birkenau werd vermoord.
Dan was er nóg een zuster van Engeltje, Golda en Klaartje: Beletje van Tijn. (Den Helder, 1 Juni 1853 – Soest, 16 September 1928). In 1878 huwde zij Moses de Leeuw (Alkmaar 23 December 185 – Amsterdam 17 Juli 1925) Den Helder en kregen twee kinderen: Salomon in Mei 1881, maar stierf al in September 1881. De andere zoon was Meijer de Leeuw, geboren 1 April 1879, gehuwd met de RK Wilhelmina van de Graaf op 27 Februari 1908. Meijer is uiteindelijk op 15 Februari 1945 in Auschwitz om het leven gekomen.
Bronnen o.a. Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart Engeltje van Tijn; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Engeltje van Thijn-van Tijn; het regionaal archief Alkmaar/archief Den Helder; Stadsarchief Amsterdam/overgenomen delen/Daniël van Thijn; gezinskaart Amsterdam van Moses de Leeuw; archiefkaart Meijer de Leeuw; website wiewaswie.nl; website Open Archieven.nl; website hetstenenarchief.nl; website Jodentransporten vanuit Nederland.nl/transport 9 Februari 1943.