Verhaal

Manufacturier op de Lindegracht.

Vader Gerrit Leefsma is bij het uitbreken van de oorlog al wat ouder, heeft goed geboerd, en besluit dat het tijd is om met pensioen te gaan.

De winkel wordt verkocht of hij laat zich uitkopen door een compagnon. De plek waar hij winkelier was, is het adres waar de familie Tof in en na de oorlog een winkel had.

Lindegracht 13

We vinden een vermelding in het Adresboek voor Heerenveen Oranjewoud ’t Meer en Terband  (1938-1939).

Het adresboek voor Heerenveen Oranjewoud 't Meer en Terband (1938-1939).

Bron: Museum Heerenveen

In 1938 staat de familie Leefsma nog gewoon als winkeliers te boek, maar omdat de familie Tof de winkel overneemt moet er op enig moment andere woonruimte gevonden worden. Dus betrekt de familie een vrij nieuwe jaren ’30 woning en wat dan gezien wordt als de betere buurten van Heerenveen. Typisch het huis dat je verwacht bij een geslaagde middenstander. Dat de vader Gerrit er zelfs in de oorlog nog warmpjes bij zat. Blijkt wel uit het feit dat hij in 1941 nog gewoon een advertentie plaatst waarin hij vraagt om een “dagmeisje”. De man had dus geld genoeg om zich zelfs in de oorlog nog personeel te kunnen veroorloven!

Advertentie Dagmeisje gevraag voor de zaak.

Bron: Museum Heerenveen

Verder vinden we ook Heiman Phillip Leefsma terug, de jongeman hield zich in 1939 bezig met het verzamelen van Postzegels. In 1939 plaatst hij een advertentie omdat hij graag postzegels wilt ruilen.

Advertentie van H.P.H. Leefsma om Postzegels ruilen.

Bron: Museum Heerenveen

Iets over de eigendomshistorie van Lindegracht 13.

In 1938 heeft de familie Leefsma het pand (zie foto adresboek hierboven). Die familie Leefsma is via de schoonfamilie weer te linken aan de schoonfamilie van Abraham TOF, de familie Wolf Sara Josina Wolf-Leefsma (joodsmonument.nl).

De vader uit het gezin Leefsma Gerrit is geboren in Opsterland waarschijnlijk in Gorredijk. In de oorlog heeft de broer van Gerrit genaamd Jozef Leefsma (joodsmonument.nl) ook een zaak in manufacturen. Die zaak was gevestigd aan de Langewal in Gorredijk. Voor u is dat gewoon een straatnaam, maar de Langewal geldt samen met de Brouwerswal, Kerkewal en de Hoofdstraat als de winkelstaten van Gorredijk (nog steeds). Al die Wallen zijn namelijk gelegen aan wat we nu kennen als de Turfroute en dus van oudsher een centrum van samenkomende (vaar)wegen en de bedrijvigheid die daar uit voortkomt. Dus Jozef Leefsma had een kledingzaak in Gorredijk op wat we nu een A Locatie zouden noemen. Broer Gerrit had zo’n zelfde zaak aan de Lindegracht in Heerenveen ook op een A Locatie. Beide goed beklant, zakelijk goed draaiend dan mogen we concluderen dat er in de familie Leefsma, serieus geld zat zelfs in de crisisjaren. Gerrit Leefsma gaat met pensioen en koopt voor zichzelf een huis Asterstraat 17, Heerenveen (joodsmonument.nl).

Dan is er nog wel een zaak aan de lindegracht 13. Wat doen zij daarmee? Hier doet de Joodse Handelsgeest zich gelden, wie poen heeft, probeert dat in de familie te houden. Samuel Wolf (joodsmonument.nl) koopt het pand.

Wat moet deze relatief oude Joodse man met een grote winkel en het personeel dat er bij hoort? Hij is immers zelf bijna uitgewerkt. Het antwoord is even simpel als voor de hand liggend. Samuel heeft namelijk een dochter Johanna Magdalene Tof-Wolf (joodsmonument.nl) en een schoonzoon, maar Samuel heeft geld! Een zakenman die probeert om zijn dochter en schoonzoon vooruit te helpen door de zaak te kopen, die zij later zullen voortzetten. Dan haalt het noodlot de oude zakenman in. Samuel sterft plotseling, waardoor de overname onbedoeld bespoedigd wordt.

We zijn nu in de oorlog.

Intussen bestiert het echtpaar Tof de zaak aan de lindegracht 13. Dan komt de bezetter. Meneer Tof u mag geen winkel meer hebben en u moet uw personeel ontslaan. Het is niet uit te sluiten, dat er onder dat personeel leden zijn uit het gezin Leefsma aan de Asterstraat 17 in Heerenveen. We weten namelijk niet wat de heren zakenmensen onder elkaar bedongen hebben.

Gerrit Leefsma kan tegen Samuel Wolf gezegd hebben “Je mag mijn zaak wel kopen, maar dan wil ik wel dat mijn jongens werk houden”. Dat zal Samuel graag gedaan hebben, want de Leefsma’s waren bekwame kledingverkopers en als je goed personeel hebt, hoef je er niet om te zoeken.

Als dat zo is heeft het sluiten van de winkel op last van de bezetter geleid tot een familiedrama. Want meneer Tof moest mensen ontslaan, die hij jaren kende en die familie waren.

Het verband met  de provincie Groningen.

De echtgenote van Gerrit Leefsma, Reina Leefsma-van Dam (joodsmonument.nl) kwam uit Groningen geboren in Noordhorn. De zoon Heiman Philip Leefsma (joodsmonument.nl) wordt geboren in Zuidhorn. Het gezin woont dan dus in de buurt van de ouders van Reina. Samuel Wolf (joodsmonument.nl) word geboren in Noordbroek en heeft later een zaak in Zuidbroek.

Noordbroek, Zuidbroek, Noordhorn en Zuidhorn zijn allemaal plaatsjes in een straal van 40-50 km rond Groningen.

Conclusie; de families Tof, Leefsma, en Wolf kenden elkaar hetzij door de plaats waar ze vandaan kwamen of door huwelijk. Die Families deden onderling ook behoorlijk goede zaken.

Bron: Museum Heerenveen