Verhaal

Alex Bruinink geboren 22-4-1914, zoon van Hendrik Bruinink (1883-1945) en Regina Liefman (1893-1964).

De ouders trouwen in 1916. Bij dit huwelijk wordt Alex erkend door de vader. Regina en Hendrik scheidden in 1925. Regina trouwt in 1927 met David de Miranda en zij scheidden eind 1929. David de Miranda wilde als mede-voogd over Alex de erkenning van het vaderschap door Hendrik Bruinink ongedaan maken.

In december 1930 trouwt Regina met Josephus Cornelius Joannes Lambertus Versantvoort (1902). Zij gaan in februari 1940 wonen in de 2e Oosterparkstraat 197 I.

Alex wordt 1-11-1932 in het Apeldoornsche Bosch opgenomen, hij heeft onder meer last van epilepsie. Bij zijn opname wordt ‘geen’ ingevuld als religie.

In 1935, hij is dan 21, wordt hij overgeplaatst naar het A.C. Wertheimhuis, Plantage Parklaan 15, de Amsterdamse dependance van het Apeldoornsche Bosch die in 1934 werd geopend. Op 19-3-1943 wordt Alex ingeschreven op het adres van zijn moeder en stiefvader. Hij moet zijn ontkomen aan de ontruiming van het Wertheimhuis op 3-2-1943. Door het laatste huwelijk van zijn moeder staat Alex geregistreerd als GI, kind van gemengd gehuwde ouders.

Op 25-1-1944 raakt Alex vermist en de politie vraagt in het Dagblad voor Noord-Holland inlichtingen. Hij is 1.75 lang, heeft een flink postuur en zwart krullend haar, bruine ogen en een litteken onder het linkeroog. Ook wordt gemeld dat hij geestesziek is en dat voor een ongeluk wordt gevreesd. Die vrees was terecht Alex bleek 8-3-1944 te zijn overleden en de ouders danken in De courant Het nieuws van den dag van 22-3-1944 voor de belangstelling bij de vermissing en de teraardebestelling.