Biografie

Over Meijer Soep, zijn vrouw Anna Vogel en hun gezin.

Met ook het lot van hun zoon Jacob Soep met zijn vrouw Sara Premselaar.

Meijer Soep was een zoon van Jacob Soep en Betje Leendert Schellevisch. Hij was in Amsterdam geboren op 6 Februari 1884 als jongste in een gezin van zeven kinderen en was sigarenmaker van beroep. Op 23 Juni 1909 trouwde hij met Anna Vogel, die geboren was op 13 Augustus 1885 als een dochter Isaäc Vogel en Trijntje Lubig. Anna was de derde uit een gezin van tien kinderen.

Nadat het huwelijk van Meijer en Anna in 1909 gesloten was, woonden zij in de Valkenburgerstraat 178a, maar verhuisden op 30 Augustus 1927 naar de Nieuwe Uilenburgerstraat 58, van waar zij een jaar later, op 7 September 1928, woonruimte op de 2e etage van huisnummer 10 in de Nieuwe Uilenburgerstraat betrokken. Op 5 Maart 1941 verhuisde het inmiddels complete gezin naar hun laatst bekende adres in Nederland: Amstel 35 1e etage in Amsterdam.

In het gezin van Meijer Soep en Anna Vogel waren inmiddels vier kinderen geboren, t.w. Jacob op 24 October 1909; op 11 Maart 1911 kwam er een tweeling ter wereld: de meisjes Catharina en Elisabeth en op 28 Augustus 1920 kwam alsnog de jongste zoon Isidoor. Daarvan is alléén Jacob nog gehuwd: op 20 Juni 1942 trouwde hij met Sara Premselaar, een dochter van Philip Premselaar en Esther Piller.  Zij beiden, en alle andere kinderen zijn tijdens de Sjoa vermoord.

Catharina en Isidoor Soep kregen echter al op 24 Juli 1942 al een oproep voor de z.g. “Arbeitseinsatz” maar werden via de Joodse Raad nog “teruggesteld” – wat voorlopig een tijdelijk uitstel van deportatie inhield. Echter vanuit Westerbork volgde alsnog deportatie op 31 Juli 1942. (zie hun biografie). Catharina's tweelingzuster Elisabeth Soep werd op 9 April 1943 naar Vught afgevoerd en op 24 September 1943 in Auschwitz vermoord.

Tijdens de grootschalige razzia’s van begin October 1942 werd Meijer Soep gearresteerd en afgevoerd naar Westerbork, waar hij ergens tussen 3 en 5 October werd binnengebracht en waar hij enige tijd heeft doorgebracht in barak 56, de werkbarak “kabels en batterijen”. Op 3 November 1942 is Meijer Soep in kamp Westerbork overleden en op de Joodse Begraafplaats te Assen begraven op 6 November 1942.

Zijn weduwe, Anna Vogel bleef met haar kinderen wonen op de Amstel 35 I, totdat ook zij slachtoffer werd van de razzia van 26 Mei 1943.  Inmiddels was haar zoon Jacob op 20 Juni 1942 getrouwd met Sara Premselaar, die toen óók kwam inwonen bij haar man, schoonmoeder, zwager en schoonzusssen. Ook Jacob en Sara vielen ten prooi aan deze razzia; in Westerbork werden zij ondergebracht in barak 58 en op 1 Juni 1943 werden zij gedeporteerd naar Sobibor, waar zij bij aankomst op 4 Juni 1943, onmiddellijk in de gaskamers werden vermoord.

Bronnen o.a. het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaart Meijer Soep, archiefkaarten van Anna Vogel en Meijer Soep; Overgenomen Delen met gezin Jacob Soep (1836); het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Anna Soep-Vogel, Meijer Soep, Jacob Soep en zijn vrouw Sara Soep-Premselaar; Elisabeth Soep, Catharina Soep en Isidoor Soep; overlijdensakte nr.296 voor Meijer Soep d.d. 29 Maart 1950 uit het A-register 23/folio 51.

 

Alle rechten voorbehouden