Verhaal

Deportatie van Isaäc Mozes Cohen

Op de kaart ut de cartotheek van de Joodse Raad staat aangegeven dat Isaäc Mozes Cohen op 2/3 oktober aankwam in Westerbork en 5 oktober 1942  daar niet aanwezig was in Westerbork. Het is aannemelijk dat hij in dat weekend uit één van de werkkampen is gedeporteerd naar Westerbork, zoals getuigenissen vermeldden dat hij 3 maanden voor zijn gezin moest vertrekken vanwege zijn beroep van kleermaker.

Hij stond met zijn gezin op de deportatielijst van 5 oktober 1942 van Westerbork naar Auschwitz.  Om onduidelijke redenen is de deportatie niet doorgegaan en het gezin op 16 oktober 1942 op transport gesteld.

 Uit het dossier van het Nederlandse Rode Kruis blijkt dat volgens getuigen die zijn gesproken tijdens het onderzoek naar het overlijden van Isaäc Moses Cohen, hij bij het transport van 16 oktober 1942 in Cosel uit de trein is gehaald en op 22 oktober 1942 in kamp Bobrek, subkamp van Auschwitz-Monowitz, is geplaatst waarna hij tussen maart 1944 en de tweede helft van 1944 is getransporteerd naar Blechhammer.

Vanuit Blechhammer is hij op de dodenmars Blechhammer-Buchenwald-Gross Rosen tussen 21 januari 1945 en 7 februari 1945  vermoord in de omgeving van Gross Rosen.

 

Bronnen

Archief Naam en Gezicht, Westerbork

Archief Nederlandse Rode Kruis Kamp Westerbork toegangsnummer 2.19.296, inv.nr. 426 ( bij Nationaal Archief)

Archief Nederlandse Rode Kruis (NRK), Europese persoonsdossiers, toegangsnummer 2.19.288, inv.nr. 25534 (bij Nationaal Archief)

Archief Nederlandse Rode Kruis, S-persoonsdossiers toegangsnummer 2.19.291 inv.nr. 477 (bij Nationaal Archief)