Verhaal

ondergang van Harry Frankfort

Door: Lex

Hartog Joseph (Harry) is in 1932 getrouwd met Gerd Inklaar. Zij kregen in 1937 hun zoon Karel. Zij zijn vanuit Deventer in 1937 naar Velsen verhuisd. In augustus 1942 zijn ze boven het gezin van de zus van Harry, Roos, in Amsterdam komen wonen. 

Harry werd op straat opgepakt bij een razzia, niet eens als Jood maar omdat ze mannen nodig hadden als dwangarbeider voor het aanleggen van startbanen voor de vijand op Schiphol (de zgn.’Schipholgijzelaars’). Volgens zoon Karel moest hij juist met een pikhouweel de startbanen kapot hakken. Hij kwam dan wel ’s avonds thuis, helemaal onder het gruis. Na onenigheid met de opzichters/commandanten werden meerderen van hun (niet speciaal Joden) op transport gesteld. Volgens zoon Karel was er sabotage gepleegd en werd als represaille willekeurig 6 mannen uit die groep doorgezonden naar gevangenis aan de Weteringschans. Omdat hij Joods was heeft hem dit waarschijnlijk geen goed gedaan. Na 6 weken moest hij naar Westerbork, waar hij op 19-3-1943 in de strafbarak zat en werkte in de Tischlerei. Harry kwam in een concentratiekamp Lauterbrunnen, een buitenkamp van Auschwitz als dwangarbeider om. (bron: memoires Karel, van neef Ben Noach).