Verhaal

Levie Polak

Door: Brandon

Levie Polak Amsterdam, 17 oktober 1915 Auschwitz, 30 september 1942 Judith Polak-Brandon Amsterdam, 9 januari 1916 Auschwitz, 30 september 1942

Levie Polak werd geboren op 17 oktober 1915 in Amsterdam als zoon van Joseph Polak en Betje Bolle. Ten Tijde van Levie’s geboorte woonde het gezin op de Lange Houtstraat, middenin de Jodenbuurt, waar ze al een lange geschiedenis hadden: door de jaren heen hadden zijn ouders op maar liefst Aen verschillende huisnummers gewoond in de Uilenburgerstraat. Betje Polak-Bolle had in negen kinderen gekregen, waarvan er vier op jonge leefijd stierven.

Vijf zoons, Jacob (1901), Emanuel (1913), Levie (1915), Benjamin (1918) en Willem (1920) bereikten de volwassenheid. Oudste zoon Wolf (1900) sAerf als baby, evenals zijn naamgenoot, die vier jaar later werd geboren. Ook de enige twee dochters in het gezin, MoXhea (1909) en Rebecca (1919), sAerven op jonge leeKijd. Vader Joseph Polak, Rotterdammer van geboorte, was slager, venter en werkman. In de eerste jaren van zijn huwelijk woonde het gezin nog enige tijd in de havenstad, tot ze in 1906 definitef naar Amsterdam terugkeerden. Het gezin was arm. Ook na Levie’s geboorte werd er nog met regelmaat verhuisd: in 1922 ging het gezin naar de Barentszstraat, waar ze in de tien jaar daarna ook op drie verschillende nummers woonden. Ook op de Marco Polostraat, waar ze in 1932 naartoe verhuisden, woonden ze op drie verschillende nummers. Uiteindelijk streken ze in 1939 op de Bestevaerstraat neer, om daarna naar de Lange Houtstraat te verhuizen.

Levie, die kleermaker van beroep was, had toen inmiddels Judith Brandon leren kennen, die op 6 januari 1916 in Amsterdam was geboren als dochter van Joseph Brandon en Betje Ydis. Zij was opgegroeid in De Pijp met een oudere broer, Aron (1914). Haar ouders hadden een koopjeshal op de Albert Cuypmarkt, waar ze stoffen, beddengoed, handdoeken, kleding en andere textielproducten verkochten.

 Levie en Judith traden op 6 november 1940 in het huwelijk, een half jaar na de Duitse inval in Nederland. Na de bruiloft gingen ze bij Judith’s ouders op de Eerste van der Helststraat 82 I wonen. Toen in juli 1942 de deportaties van start gingen, waren Levie en Judith bij de eerste groep jonge Joden uit Amsterdam die een oproep kregen. Ze besloten er gehoor aan te geven, en gingen zich melden. Op 21 juli werden ze met het derde transport van Westerbork naar Auschwitz gedeporteerd. Helaas is niets bekend geworden over hoe het hen in Auschwitz is vergaan. Zelfs hun exacte overlijdensdatum is onduidelijk gebleven: het Rode Kruis stelde na de oorlog voor de meeste Joden die in die zomer van 1942 werden gedeporteerd, tenzij anders bekend, 30 september 1942 als uiterste overlijdensdatum vast. Zo ook voor Levie en Judith – al ligt het voor de hand dat zij al veel eerder dan eind september niet meer in leven zijn geweest. Van de families Polak en Brandon overleefde bijna niemand de oorlog. Judith’s broer Aron was gemengd gehuwd en overleefde de oorlog, evenals zijn vrouw en hun dochtertje. Van Levie’s familie overleefde enkel zijn jongste broer Willem de concentratiekampen. Levie Polak werd 26 jaar. Judith Polak-Brandon werd 26 jaar. Judith Polak-Brandon. Van haar man Levie Polak is helaas geen foto bekend.