Verhaal

Max Heftman(n)

Max Heftmann * Turka (Oekraïne) 14 februari 1913, † Mauthausen (Oostenrijk) 18 oktober 1941 Max Heftman was de oudste van drie zonen, van wie er één stierf in de jaren dertig. In zijn jeugd verhuisden zijn ouders, Siegfried en Rosa Heftmann, van Turka in het voormalige Poolse deel van de Oostenrijks-Hongaarse monarchie naar Wenen. Max bracht hier zijn jeugd door. Hij ging naar de middelbare school en studeerde daarna elektrotechniek. Max leidde het leven van een rijke jongeman. Hij was geobsedeerd door sport, vooral watersport en skiën, en was lid van de zionistische jeugdclub "Blau Weiß". Na zijn afstuderen aanvaardde hij een veelbelovende functie bij de "Allgemeine Glühlampenfabrik AG" - ook in Wenen. Eind 1937 besloot hij echter Oostenrijk te verlaten. Hij verhuisde naar Nederland en woonde korte tijd in de Holbeinstraat 22 in Amsterdam bij een oudere heer, Julius Ephraim van der Wielen (oud-journalist), van wie hij al snel Nederlands leerde. Deze leraar bleef jarenlang zijn "oom Van der Wielen". Max was een persoon met een groot aanpassingsvermogen die zich aan veranderde omstandigheden kon aanpassen. Toen er in 1938 een plek voor hem was in Werkdorp Nieuwe Sluis te Wieringen, vond hij het niet erg om als elektricien te werken. Hij was ook het "brein" achter de installatie van een telefoonverbinding. In Wieringen verloofde hij zich met Ray(monde) Soesman*, het enige Nederlandse meisje in Werkdorp. Ze verliet Werkdorp echter na de Kristallnacht om plaats te maken voor een vluchteling. In 1939 wilden Max en Ray trouwen in de kerk, maar de bruiloft kon niet doorgaan omdat Max nooit de benodigde officiële papieren uit Wenen heeft gekregen.

Rond dezelfde tijd emigreerden de ouders van Max naar de Verenigde Staten, zoals zijn broer Erich in 1938 had gedaan. Max had ook een visum voor Amerika - maar hij kon niet emigreren omdat hij niet meer in Oostenrijk woonde. Toen Werkdorp op 20 maart 1941 werd geëvacueerd, vond Max onderdak aan De Lairessestraat 96 in Amsterdam, bij Herman Josef Mansfeld, vanwaar hij ook via het kamp Schoorl naar Mauthausen werd gedeporteerd. Ray Soesman ontving tussen augustus en 28 september drie brieven van hem. De laatste brief waarin hij stopte met haar te vragen hem voor het eerst te schrijven, klinkt als een afscheidsbrief. Een paar weken later, op 28-jarige leeftijd, stierf hij*. Zijn verloofde werd via kamp Westerbork naar Theresienstadt gedeporteerd en heeft de oorlog overleefd.

 

* Raymonde Soesman: dochter van Karel Soesman en Anna Pool, geboren op 03-04-1918 te Heerlen. Haar ouders woonden toen in Valkenburg. De feitelijke verloving vond plaats in de periode 25-okt-1940 – 14-nov-1940, blijkens een aankondiging in de Wieringer Courant van 16-11-1940.

 

* Max sterft als onderdeel van de medische experimenten die in Mauthausen werden uitgevoerd door de Lagerartz Alibert Heim (geb. 28-06-1914) en andere artsen. Heim was lid van de Oostenrijkse NSDAP en SA, later ook van de SS en vanaf april 1940 van de Waffen SS. Vanaf begin 1940 is hij werkzaam in KZ Buchenwald en enkele maanden later in KZ Mauthausen.

 

Bronnen: bovenstaand verhaal is door mij uit het Duits vertaald vanuit een publicatie van de KZ-Gedenkstätte Mauthausen: Mauthausen Memorial 2008, blz. 88-89. Informatie m.b.t. de adressen in Amsterdam zijn uit het Stadsarchief Amsterdam. Verder: Delpher, Regionaal Archief Alkmaar, Arolsen Archives.