Biografie

Het lot van Jansje Beek.

Jansje Beek was het vijfde van de zeven kinderen van Philip Leon Beek en Rebecca Koren. In 1912 woonde Jansje met haar vader en zussen Chrisje, Elisabeth en broer Jacob in de Eerste van Swindenstraat 76 I in Amsterdam-Oost. Haar moeder was in 1901 overleden en haar vader overleed in 1916. Jansje Beek was costuumnaaister en knipster in een confectiefabriek en net als haar beide zussen en broer met wie zij "thuis" woonde, ongehuwd.

Vanaf 1927 woonde Jansje in de Mesdagstraat 14 I in Amsterdam-Zuid, samen met haar zus Chrisje en nicht Rebecca Elizabeth Beek, een dochter van haar broer Isaac Beek. Ook haar zuster Eva, weduwe van Jacque van Zwaanenburgh woonde daar in, samen met haar dochter Rebecca Louise van Zwaanenburgh.

In de nacht van 1 op 2 April 1943 werd Jansje Beek gearresteerd en afgevoerd naar het concentratiekamp Vught en op 24 Mei werd zij van Vught doorgestuurd naar Westerbork, waar zij terecht kwam in barak 60, De volgende dag al, op 25 Mei 1943 werd Jansje Beek op transport gesteld naar Sobibor waar zij bij aankomst op 28 Mei 1943 onmiddellijk werd vermoord.

Bronnen o.a.: Stadsarchief Amsterdam, archiefkaart Jansje Beek, woningkaart Amsterdam, Mesdagstraat 14 en het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Jansje Beek.

Alle rechten voorbehouden