Verhaal

Rachel Valk-de Jong / gezin Valk

Door: Wil Legemaat

Simon Valk werd op 16 april 1893 geboren in Wildervank, als zoon van de koopman Jonas Valk en zijn vrouw Gaaltje Levie.
Hij trouwde op 26 april 1922 in Winschoten met Rachel de Jong, geboren op 9 februari 1898 te Winschoten, dochter van bakker Heijman de Jong en Roosje Nijstad.
Het echtpaar ging in Gieten wonen aan de Gietenstraat A 258a en kreeg vijf kinderen: Jonas (21-01-1923), Heijman (12-07-1924), Gaaltje (23-12-1925), Mozes Mannus (17-09-1930) en Benjamin (21-01-1932).

Simon en Rachel Valk kochten in Gieten, aan de weg naar Gasselte, van Jan Essing een perceel grond met bebouwing, erf en tuin voor een bedrag van f 1750,-. In het pand begon Simon Valk een slachterij.
Eind december 1922 sloot Simon Valk een contract met de gemeente Gieten, waarbij hij zich verplichtte zijn slachtinrichting aan de gemeente in bruikleen te geven voor noodslachtingen, om keurmeesters en andere ambtenaren toe te laten, licht en water te verstrekken en het slachtafval af te voeren. Voor deze diensten zou uit de gemeentekas een bedrag betaald worden, dat varieerde van f 1,50 voor een geit tot 10,- voor een rund of paard. Indien slager Valk er zelf aan te pas moest komen, kwam daar nog 0,50 bij voor de geit, f 2,50 voor een varken en f 4,- voor een paard of rund.

Het ging de familie Valk voor de wind. In 1933 werd aan wat nu de Gasselterweg is een perceel grond gekocht, waarop een splinternieuwe slagerij met winkel werd gebouwd. De bouwsom was begroot op f 4357,-. Het oude pand werd voor f 2200,- verkocht aan aannemer Karst Meertens in Gieten.
In de slagerij werden vooral schapen en geiten verwerkt. Het vlees werd in de winkel verkocht, maar daarnaast trok slager Valk er op uit om langs de huizen te venten.

Ook deze joodse familie werd door de Duitse maatregelen zwaar getroffen in haar broodwinning. Al in december 1941 werd het beheer over de slagerij, op grond van de verordening van de Rijkscommissaris voor bezet Nederland overgenomen door Dirk Hidde de Vries, een makelaar in ’s-Gravenhage, daartoe gemachtigd door de Stichting Niederländische Grundstücksverwaltung.

Ook anderszins veranderde het leven van de familie Valk. De twee jongste kinderen, Mozes en Benjamin, mochten vanaf september 1941 niet meer in Gieten naar school.

Op het moment dat de jodendeportatie begon, was de oudste zoon Jonas Valk al enige tijd het huis uit. Hij was vishandelaar van beroep en beproefde zijn geluk in Emmen. Daar was hij in de kost bij zijn tante Frouke Valk-Jacobs. Jonas Valk werd omstreeks 24 augustus 1942 vanuit Emmen op transport gesteld naar Westerbork. En van daaruit op die dag, met nog 550 anderen, doorgezonden naar Auschwitz.
Het Nederlandse Rode Kruis verklaarde in augustus 1949 dat Jonas op onbekende datum, maar uiterlijk in september 1942, ‘in of in de onmiddellijke omgeving van Auschwitz aan de gevolgen van ziekte uitputting of vergassing’ moet zijn overleden. Jonas is 19 jaar geworden.

In de nacht van 2 op 3 oktober 1942 was het zover voor de andere leden van de familie Valk. Het hele gezin werd gesommeerd in een vrachtwagen te stappen. Met de families Meijer en Nijveen ging het richting Westerbork.
Het lidmaatschap van de Joodse Raad kon Simon Valk geen uitstel of bescherming bieden.

In heel Noord-Nederland werden in de Sabbathnacht van 2 op 3 oktober 1942 joodse mensen uit huis gehaald en naar Westerbork gebracht. Kamp Westerbork telde op 3 oktober maar liefst 17.000 mensen. Niet voor lang. Op 5 oktober werden 2012 mensen per trein afgevoerd naar Auschwitz. Onder hen de familie Valk.
In Cosel werd Simon Valk vermoedelijk uit de trein gehaald en overgebracht naar een werkkamp. In de winter/het vroege voorjaar van 1944 is hij, ziek en uitgeput, van daaruit op ziekentransport naar Auschwitz gesteld, Daar is hij tussen 1 februari en 31 maart 1944 overleden, 50 jaar oud.

Heijman Valk werd ook met bestemming Auschwitz gedeporteerd, maar hij is in het concentratiekamp Buchenwald terecht gekomen. Daar is hij op 26 februari 1945, vlak voor de bevrijding, overleden. Heijman is 20 jaar geworden, ouder dan zijn oudste broer Jonas. Het bericht van zijn overlijden werd op 12 mei 1948 door het Rode Kruis verstuurd aan: ‘De heer S. Valk, Gietenstraat A 258a te Gieten’. Heijman’s vader was toen al ruim vier jaar dood.  

Rachel Valk-de Jong en haar drie jongste kinderen Gaaltje, Mozes en Benjamin werden bij aankomst in Auschwitz ogenblikkelijk door vergassing om het leven gebracht. Rachel was 44 jaar, Gaaltje 16, Mozes 12 en Benjamin 10 jaar.

Al spoedig na de deportatie van het gezin Valk, op 8 december 1942, verzocht het gemeentebestuur van Gieten de beheerder Dirk Hidde de Vries, slagerij en winkel aan de gemeente Gieten te verkopen. Op 15 oktober 1943 werd de gemeente officieel eigenaar.

Bron: 'Gieten, namen op de steen', H.Kuik en W. van der Neut-Legemaat, 1994, uitgave Stichting Het Drentse Boek, Zuidwolde