Verhaal

Toespraak bij de onthulling van Stolpersteine voor het gezin De Leeuwe-Grüneberg

Toespraak Marianne Irene Holterman-Hemmink bij  de onthulling van drie Stolpersteine voor het gezin De Leeuwe-Grüneberg, Luttekestraat 40 te Zwolle,  22 mei 2015

We staan hier aan de Luttekestraat 40. Op deze plek woonde in de oorlogsjaren de familie Izaac de Leeuwe. Het gezin bestond uit 3 personen te weten Izaac, Fanni en  hun dochtertje Eveline. Wie waren zij?

Izaac was de zoon van Joseph de Leeuwe en Eva Luteraan, is geboren op 16 oktober 1908 en had 2 zussen: Aaltje en Mariana. Voor zijn moeder Eva en zijn zus Aaltje hebben we vorig jaar 2 stenen gelegd aan de Melkmarkt 6. Zijn oudere zus Mariana overleefde de oorlog . Zij was met een niet-Jood , Piet van Heerde, getrouwd.

Fanni Grüneberg is geboren op 17 mei 1915 in Dortmund en was het middelste kind van Hugo Grüneberg en Martha Hoffmann. Zij had een oudere broer Bernard en een jongere zus Edith. Hoe Fanni in Zwolle terecht gekomen is, weten we niet.

Izaac de Leeuwe en Fanni Grüneberg zijn volgens het Zwolse bevolkingsregister op 4 juni 1935 te Zwolle getrouwd. Vanaf 27 mei 1935 staan ze ingeschreven op het adres Luttekestraat 40.

Op 28 maart 1936 werd Evelientje geboren, hun enig kind.

Over het dramatische verloop van het leven van Izaac is het volgende bekend: Begin juli 1942 ontving een aantal Joodse mannen in Zwolle een oproep om zich de volgende dag bij het Gewestelijk Arbeidsbureau te laten keuren voor plaatsing in een werkkamp  (in Nederland). Een zestal Joodse mannen spraken af om die avond bijeen te komen en 's nachts wakker te blijven om de conditie te verzwakken in de hoop op een afkeuring. De mannen kwamen samen in het huis van een van hen, Siegfried de Groot in de Sassenstraat. Afgesproken was dat er gekaart werd, maar om de eentonigheid daarvan te doorbreken had Izaac de Leeuwe een filmapparaat met een Mickey Mousefilm meegenomen.

Een NSB'er in de Luttekestraat, waar Izaac woonde ,had Izaac met de filmkoffer zien sjouwen en het huis in de Sassenstraat zien binnengaan. Hij belde commissaris De Bouter. Deze concludeerde dat zowel het sperverbod - waardoor Joden niet buiten mochten verblijven tussen 20.00 en 6.00 uur - als het verbod op samenkomsten zonder vergunning waren overtreden. Met enkele agenten toog de commissaris naar Sassenstraat waar de mannen, die nog probeerden te vluchten, werden gearresteerd. Op de van oorsprong Oostenrijkse Lampel na, die tijdens WO I soldaat was geweest, werden de mannen naar de Sicherheitspolizei in Arnhem overgebracht. Over de periode daarna zijn verder geen gegevens bekend. Wèl weten we dat Izaac de Leeuwe op 27-10-1942 in Mauthausen is vermoord. Hij is dan 34 jaar.

In het najaar van 1942 verhuizen Fanni en Eveline naar Ossenmarkt 9b (hierachter dus ). Van daaruit komen ze in Amsterdam terecht. Volgens de website “community digitaal  joods monument “ zaten ze daar ondergedoken. Ze zijn opgepakt (na verraad ?) . Fanni wordt vanuit een gevangenis naar Vught gedeporteerd en komt eind maart in Westerbork aan. Eveline verblijft tot haar aankomst in februari 1943 in Westerbork in het meisjesweeshuis aan de Rapenburgerstraat 171.  Op 14 september worden moeder en dochter afgevoerd naar Auschwitz en vinden daar op 17 september de dood. Fanni is dan 28 jaar oud en Eveline 7 jaar.

Deze afschuwelijke gebeurtenissen liggen nu al meer dan 70 jaar achter ons, de pijn is er nog steeds, herinneringen vervagen. Vragen aan onze oom Daan en onze moeder (beiden hier aanwezig) over deze periode leveren niet zo veel op. Op zich ook niet zo vreemd, zij  waren nog jonge kinderen. Eén herinnering is echter nog zeer levend.

Herinnering vanuit het perspectief van onze moeder: Mijn ouders zijn opgepakt en naar de Oranjegevangenis in Scheveningen afgevoerd. Ze luisterden naar Radio Oranje en werden verraden. Mijn broers Jopie, Daan en Hans gingen naar opa en oma De Leeuwe aan de Melkmarkt. Gedurende drie maanden heb ik aan de Luttekestraat gelogeerd bij oom Izaac ( oom Broer ), tante Fanni (tante Annie) en Evelientje. Ik was toen zelf een jaar of 13 en deelde de slaapkamer met mijn nichtje. We speelden veel samen hadden de grootste lol. Na drie maanden kwam mijn moeder terug en gingen wij ook weer naar ons huis in de Diezerstraat. Mijn vader bezochten we in Scheveningen. We fietsen naar Scheveningen; overnachtten in Amersfoort op heen-en terugweg. Wat een onderneming! Mijn vader werd uiteindelijk vrijgelaten en keerde naar Zwolle terug.

Mag ik mijn dank uitspreken aan Piet den Otter, Wim Huijsmans, Marco Groen en Bert van Heerde, die ons bij het tot stand komen van deze voordracht van informatie voorzien hebben. Dank namens de aanwezige familie.