Verhaal

Moritz en Gisela Prager

Moritz Prager wordt in 1875 geboren in Trebitsch (Duits) of Třebíč (Tsjechisch). Deze stad, met zijn oude Joodse wijk, ligt nu in Tsjechië maar maakt dan deel uit van Oostenrijk-Hongarije. Moritz groeit hier op als zoon van Emanuel Wilhelm Prager en Sophie Appelfeld.

Gisela Weiss wordt in 1872 geboren in Buczany. Haar ouders zijn Jacob Weisz en Anna Löbl. Moritz en Gisela trouwen in 1901. Ze krijgen vijf kinderen: Netti (1904), Wilhelmine (1907), Wilhelm (1909), Max (1911) en Fani (1913), die Franzi genoemd wordt. In 1915 verhuist het gezin naar Wenen. Van de Israëlitische gemeente in Trebitsch worden zij overgeschreven naar het ’Heimatsverband’ in Wenen.

Moritz is van beroep schoenmaker. Zelf is hij behept met een klompvoet. Gisela helpt het inkomen aan te vullen door bij mensen schoon te maken en door als kapster haar diensten te verlenen. Hun kinderen volgen in Wenen een vakopleiding. Wanneer de Jodenhaat toeneemt krijgen Moritz en Gisela in 1939 toestemming om naar Nederland te komen waar hun zoon Wilhelm (Willy) dan al woont.

Het eerste adres dat van hen bekend is, is Korte Nieuwe Havenstraat 176, Den Haag. Dat adres komt ook voor in documenten van hun kleinzoon Josef, waardoor het aannemelijk is dat hij na zijn vertrek uit Huis ten Vijver bij hen komt wonen. Gisela en Moritz worden geëvacueerd naar Utrecht. Waarschijnlijk wonen ze hier met hun dochter Netti en kleinzoon Josef in de Vrouwjuttenstraat 23.

Om bij het huwelijk van hun zoon Willy te kunnen zijn, hebben Moritz en Gisela op 3 december 1941 toestemming nodig om voor één dag naar Den Haag te reizen. Het verzoek en het antwoord zijn bewaard in het Vluchtelingenarchief. Dat maakt het nog duidelijker hoe bijzonder een familiebijeenkomst voor de Pragers geweest moet zijn. 

Op 22 april 1943 worden Moritz en Gisela samen met Netti en Josef overgebracht naar kamp Vught. Moritz en Gisela gaan op 8 mei van Vught naar Westerbork (Netti en Josef blijven er tot 6 juni). Van Westerbork worden ze op 11 mei 1943 op transport gesteld naar Sobibor. Daar worden ze op 14 mei 1943 vermoord. Moritz is dan 68 jaar en Gisela 70.

Bron: Privé-collectie