Verhaal

Mosiek Hercke Landau

persoon, gezin en loopbaan

Door: Kropveld

Mosiek Hercke Landau en zijn loopbaan in Amsterdam 1929-1941

Mosiek Hercke Landau werd in 1929 vanuit Turec, Polen in Amsterdam benoemd als chazzan (voorzanger) in de net gebouwde Jacob Obrecht synagoge. Na een selectieprocedure van vele maanden werd hij uitgekozen uit een groot aantal sollicitanten uit Tjecho-Slowakije, Polen, Duitsland en Engeland. De belangstelling was zo groot omdat deze functie zeer goed betaald werd en de chazzan ook een dienstwoning kreeg. Een benedenwoning in de Palestrinastraat 18 huis. Daarnaast wilden Joden uit Oost Europa graag naar het rustige en tolerante Nederland emigreren, waar de Joodse bevolkingsgroep al eeuwenlang in vrede leefde. Zoals bekend stond Amsterdam bij alle Joden bekend als Jeruzalem van het Westen! Van 1929 tot 1941 heeft Landau de functie van chazzan tot volle tevredenheid vervuld. Hij werd een bekend persoon in de Joodse Gemeente van Amsterdam en werkte vele jaren intensief samen met de populaire rabbijn Philip Coppenhagen. Ook had Landau uitstekende contacten met de pastoor van de Katholieke kerk op hetzelfde plein. In 1942 bood deze pastoor Landau aan om hem met zijn grote gezin, totaal acht personen,  te laten onderduiken in het Zuiden van Nederland. Landau heeft van dit aanbod geen gebruik gemaakt omdat hij niemand in gevaar wilde brengen. Hierdoor hebben slechts twee kinderen de holocaust overleefd. Documenten over de verhuizing van Mosiek Landau en zijn gezin naar Amsterdam en zijn loopbaan in Amsterdam worden bewaard in het archief van de Nederlands Israelitische Hoofd Synagoge. Dit archief is ondergebracht bij het archief van de Gemeente Amsterdam.

Overlevende kinderen en kleinkinderen

 

Mosiek Landau en zijn vrouw Hannah Frejda Szczecinda kregen zes kinderen; Ida Hadassa 1915-1983, Juda Leib 1918-1987, Sarah Rachel 1922-1943, Chaja 1925-1943, Esther 1927-1943 en Joseph Saul 1931-1943.

Alleen Ida Hadassa en Juda Leib overleefden de holocaust. Ida emigreerde in 1936 naar Palestina. Daar trouwde zij in Kibboets Hulda met Max Klausner (een oom van de schrijver Amoz Oz) Ida kreeg drie kinderen in Israel; Chaim, Ruti en Channa.

Juda Leib overleefde als door een wonder Auschwitz en nam in 1945 dienst bij de Joodse Brigade van het Engelse leger. In 1948 emigreerde Juda naar Israel  en maakte als telefonist in het Israelische leger kennis met Chawa Gruener. Juda en Chawa trouwden in 1949 en kregen twee zoons, Naftali (Tali) en Efraim (Efri).

Sarah Rachel, getrouwd met Samuel Kropveld en kreeg een zoon. Eliezer Nachman (Peter)

In tegenstelling tot zijn ouders overleefde Eliezer Nachman de holocaust wel. Hij werd verborgen door Pieter en Jeanne van Houwelingen, die hem Peter noemde. Als eerbewijs aan zijn onderduikgevers is Eliezer Nachman de naam Peter blijven gebruiken.

In 1987 werd aan Pieter (postuum) en  Jeanne van Houwelingen de Yad Vashem oorkonde uitgereikt. “Peter” is nu gepensioneerd H.B.O docent en woont in Hilversum. Hij is sinds 1964 getrouwd met Yvonne See en heeft twee dochters, Anuschka 1965 en Sarah Rachel 1972.