Simon Knap, artiest, was een zoon van Marcus Knap en Debora van Emrik. Hij werd geboren als 2e kind in een gezin met veertien kinderen waarvan één dochter in 1876 overleed, slechts 5 maanden oud; vijf kinderen al voor de oorlog zijn overleden; twee dochters de Holocaust hebben overleefd en zes kinderen, waaronder Elizabeth, Meijer Filip, Sara, Benjamin, Rebecca en Simon zelf, in de Sjoa zijn vermoord.
Simon Knap trouwde op 13 Maart 1901 in Rotterdam met Hendrika Wolffers, een dochter van Lion Wolffers en Esther Emrik. Het echtpaar kreeg drie kinderen, t.w. Debora, Esther en Willem. Behalve Simon zelf en zijn vrouw Hendrika, is ook Willem in de Sjoa vermoord. Willem is nog in de zomer van 1943, voordat hij werd gedeporteerd naar Auschwitz, in Rotterdam gehuwd met Grietje Frenk.
Van Debora, geboren in Mei 1903 en ongehuwd, is bekend dat zij op 28 Juni 1926 een zoon heeft gekregen, genaamd Simon, de welke zij als haar zoon heeft erkend. Hij stond onder toezicht van de Rotterdamse Voogdijraad maar woonde in bij zijn grootouders, het gezin Simon en Hendrika Knap Hij werd op 30 September 1942 in Auschwitz vermoord. Debora Knap zelf werd op 5 Juli 1929 opgenomen in de Psychatrische Inrichting Maasoord in Poortugaal. Van haar is tot nu toe verder niets bekend.
Simon's dochter Esther Knap, (geboren in Augustus 1906) trouwde op 26 Mei 1926 met een niet-Joodse man en kreeg drie kinderen met hem. Zij en haar hele gezin hebben de Holocaust overleefd.
Simon Knap werd samen met zijn vrouw Hendrika Wolffers op 12 October 1942 vanuit Westerbork op transport gesteld naar Auschwitz, waar beiden bij aankomst op 15 Octobr 1942 werden vermoord.
Stadsarchief Rotterdam, gezinskaart Simon Knap; website www.wiewaswie.nl; archief Joodse Raad Amsterdam, kaarten van Simon Knap, Hendrika Wolffers, en kleinzoon Simon Knap en een toevoeging van een bezoeker van de website