Verhaal

Door: Bert Polak

Moritz Tivadar Polak heeft op de MULO gezeten en is voor de militie gekeurd. Hij is ingedeeld bij de infanterie om opgeleid te worden als onderofficier. Maar als hij daarvoor in maart 1922 moet “opkomen”, komt hij niet doordat hij vanaf 1920 in de joods psychiatrische instelling ‘Het Apeldoornsche Bosch’ verblijft.  Vanaf 1921 is hij in de psychiatrische inrichting de Willem Arntz Hoeve in Den Dolder, gemeente Zeist. Wegens ‘krankzinnigheid’ wordt hij in 1925 definitief afgekeurd voor de militaire dienst. In 1933 verhuist Moritz naar het Rijks Krankzinnigen gesticht in Woensel bij Eindhoven. Daar overlijdt Moritz in 1935.