Verhaal

Familie Cohen, Familie De Vries Voorstraat 20, Meppel

Simon Cohen, Eva Cohen-Levie, Andries Cohen, Sara de Vries-Cohen, Leon Hijman de Vries

Een zuster van de eveneens in Meppel woonachtige Benjamin- en Levie Levie, Eva (geboren op 8 september 1884 in Ruinen), was op 28 augustus 1912 in haar toenmalige woonplaats getrouwd met de op 8 mei 1889 in Wildervank geboren Simon Cohen. Simon was een van de twee kinderen van Andries Mannes Cohen en Sara Cohen uit Wildervank.

Eva en haar gezin woonden eveneens in Meppel, in de Voorstraat op nummer 20. Simon was net als zijn zwagers Benjamin en Levie koopman in textiel. Hij handelde vanuit zijn woning in allerlei soorten hoeden en petten. Benjamin en Levie waren welgestelde joden, die waarschijnlijk Simon Cohen bij hen in dienst hadden. Mevrouw R. Muggen-Hofman uit Ruinen heeft deze families nog meegemaakt: ‘Dan kwamen ook geregeld de gebroeders Levie (Benjamin en Levie, TR) in Ruinen. Zij zijn ook in Ruinen geboren, maar gingen later in Meppel wonen. Op de hoek van de Woldstraat waar later Kraak een kleermakerij had. Benjamin kwam het vaakst en Levie een enkele keer. Zij verkochten stoffen voor japonnen en hadden een rijke sortering. Levie had het altijd over de glans die over de coupons lag en wij noemden hem dan ook: de glaansjeude. Hun zuster Eva was met Cohen getrouwd. Zij waren wat eenvoudiger en woonden in de Voorstraat op no. 20. Ik weet dat nog zo goed omdat wij in het begin van de oorlog er wel eens aardappelen brachten. Cohen kwam toen al niet meer met de koffer bij ons en ze droegen al een ster en waren vreselijk bang. Als we weer vertrokken schudden ze ons langdurig de hand en hadden tranen in de ogen.’

Ze hadden drie kinderen: twee zonen – Max, op 25 november 1917 in Wildervank geboren, en Andries, die in 1926 was geboren in Meppel - en een dochter Sara die op 25 november 1913 het levenslicht zag in Wildervank. Max ging in Meppel naar school, maar vertrok in 1940 naar Amsterdam. Hij was een verwoed voetballer en speelde als een van de weinige joodse voetballers bij Alcides. Hij was keeper in het 5e elftal van die club. Andries zat in de beginjaren van de Tweede Wereldoorlog nog op school. In september 1939 ging hij naar de HBS: hij was geplaatst in klas 1A. Ook hij moest een jaar later naar het Joods Lyceum in Zwolle.

Sara werkte als verkoopster bij de goud- en zilverhandel van Van Esso in de Hoofdstraat. Zij trouwde nog tijdens de oorlog, op 15 april 1942, met Leon Hijman de Vries. Dat de Duitsers goed in de gaten hielden wat er allemaal gebeurde met de joodse Nederlanders, blijkt uit een schrijven van de Rijksinspectie van de Bevolkingsregisters aan de gemeente Meppel met onder andere de volgende mededeling: ‘In verband met bovenvermelde kennisgeving [Verordening 6/1941, TR] is geen mutatie ontvangen omtrent wijziging in den burgerlijken staat van de echtgenoote: Cohen, Sara.’ Sara Cohen was getrouwd en daarvan had men in Den Haag blijkbaar geen bericht ontvangen. Meppels bestuurders reageerden uiteraard weer snel, want reeds een dag nadat de brief was ontvangen, werd een duplicaat naar de Rijksinspectie verzonden.

Simon Cohen werd eind juli 1942 naar het werkkamp in Orvelte vervoerd. Niet veel later volgde Leon Hijman naar het ‘jongerenkamp’ in Linde. Op 3 oktober van dat jaar werden Sara en haar moeder Eva van bed gelicht en de volgende ochtend naar Westerbork vervoerd. Op dat moment was Max Cohen reeds door de Duitsers vermoord; hij stierf op 30 september 1942 in Auschwitz. In Kamp Westerbork zagen Simon en Leon hun vrouwen weer. Simon en Eva werden reeds twee dagen later naar Auschwitz gedeporteerd; daar stierven ze op 8 oktober 1942. Van de jonge Andries is niet meer bekend dan dat hij op 31 maart 1944 ergens in Midden-Europa is gestorven. Wat zal die jongen van amper 16 jaar al die tijd in zijn eentje hebben doorgemaakt?

Leon is op 17-8-1942 in Westerbork aangekomen vanuit het Joods werkkamp in Linde, waar hij zijn vrouw Sara op 3 oktober weer terugzag. Leon en Sara bleven nog een tijdlang in Westerbork. Leon was daar lid van de Ordedienst. Deze dienst was in het kamp onder andere belast met de interne bewaking. Op 6 mei 1943 kreeg Sara in een ziekenhuis in Groningen een baby: Hijman. Elders op dit forum wordt de vraag terecht gesteld of de plaats Groningen die op de geboorteakte is vermeld, wel de juiste is en of het niet Westerbork zou moeten zijn.

Op 18-1-1944 is Leo samen met vrouw en kind doorgestuurd naar Theresienstadt. Op 28-9-1944 werd Leon doorgestuurd naar Auschwitz en mogelijk van hieruit naar een buitencommando van het Auschwitz complex. Zijn vrouw en kind werden op 6-10-1944 naar Auschwitz gestuurd en twee dagen later, bij aankomst, in de gaskamers vermoord. Leon werd tijdens de evacuatie van Auschwitz op 23-1-1945 (dodenmarsen en trein) naar Buchenwald gestuurd. Hier is hij, of in de buurt ervan op 2 mei 1945 overleden. Van zijn verblijf in Buchenwald is nog een document bewaard gebleven (zie foto).