Biografie

Over Esther Engers

Door:

De dochters van Mozes Marcus en Sara (Janna) Engers:
Saartje, Esther en Biene (Wubbina) waren overdag “huisnaaisters” (hiermee wordt bedoeld: bij de klanten aan huis). ’s Avonds moesten ze assisteren bij de danslessen van hun vader. Saartje was als kind aan huis bij Jhr. Van Holten tot Echten. De jonkvrouwe liet alles door Sara maken. Op haar gezegde ”en wil jij ook een hapje mee eten, Saartje” mompelde deze binnensmonds “als ik naast Hintie mag zitten” ( zoon des huizes Hendrik) . Ze kende deze Hintie, die op dansles was bij haar vader.

De meisjes Engers moeten in hun jonge jaren zeer modieuze en vooruitstrevende dames zijn geweest. Goed in de kleren, goed gekapt etc.

Het gezegde ging destijds zo. Als iemand van “buiten” zei, dat hij in Assen was geweest, was steevast de vraag: “he’je de meissies Engers dan ook gezien”?

Had hij ze niet gezien, dan werd er gezegd “Dan bi ‘j ook niet in As’n west!”