Verhaal

Gezin Engelsman

Anna de Metz trouwde in 1939 met Nathan Salomon (Nico) Engelsman. Hij werkte in de handel in jutezakken bij zijn vader. Hun in 1940 en 1941 geboren dochtertjes zijn beiden doof.
Nico en Anna proberen hun dochtertjes te laten onderduiken. Buren zeggen toe de kinderen in huis te willen nemen mocht het gezin worden opgehaald. Als dit uiteindelijk op 20 juni 1943 gebeurt, krabbelen ze toch terug en weet Nico met de moed der wanhoop alleen nog voor zijn jongste dochtertje, dat pas anderhalf is en nog niet kan praten, een onderduikadres te vinden. Zelf wordt hij die nacht samen met Anna en Leentje afgevoerd naar Westerbork. Na hun deportatie naar Auschwitz wordt Nico geselecteerd voor werk. Hij komt in kamp Warschau terecht en later in Dachau. Tenslotte wordt hij bevrijd in Tirol, waar de Amerikanen hem inhuren als tolk voor Duitse krijgsgevangenen. Hier ontmoet hij een Tsjechische vrouw, op wie hij verliefd raakt. Hij gaat echter eerst naar Nederland terug om zijn dochtertje te zoeken. Als hij haar levend en wel aantreft, reist hij terug naar Tsjechië om zijn geliefde op te halen, met wie hij in juni 1946 trouwt. Ze krijgen nog twee kinderen.

Bron: Pauline Broekema & Helma Coolman, Het puin van het getto: het concentratiekamp Warschau, Amsterdam, Uitgeverij Verboom, 2014, p. 191-193.

Alle rechten voorbehouden