Verhaal

Foto in de Seringenstraat

Alet Boukes heeft naar aanleiding van de foto een gedicht geschreven. Dit gedicht staat in 'Licht op Zwolle' uitgegeven in 2008. Bij dit gedicht geeft zij een toelichting.

Een foto, genomen op 8 april 1943 in de Seringenstraat. Op de foto onder andere drie kinderen uit het joodse gezin Krammer: Mietje, ook wel Miep genoemd (13 jaar) en de 11 jarige tweeling Sipora (ook wel Fietje genoemd) en David. Ook hun nichtje Judith Krammer, samen met haar ouders en broertje David, wonende aan de Hyacinthstraat te Zwolle staat op de foto.

Amper anderhalve maand na het nemen van deze foto leven Miep, Fietje en David al niet meer. Samen met hun moeder Engeltje Krammer-van Gelderen zijn ze op 28 mei 1943 omgebracht in het concentratiekamp Sobibor. Vader Salomon overleed al eerder, op 29 juni 1942 in het kamp Mauthausen.

Judith Krammer werd samen met haar broertje en moeder omgebracht in juli 1943 in Sobibor. Vader Izak Krammer overleed in 1944, ergens in Midden Europa. Hun namen staan, samen met de namen van de andere weggevoerde en omgekomen Zwolse joden, geschreven in de wand van de synagoge aan de Samuel Hirschstraat.

Door middel van dit gedicht krijgen vier van hen, kinderen nog, niet alleen een naam, maar ook een gezicht.

Het gedicht;

8 april 1943

En toch vraag ik me steeds weer af:
Waarom is deze foto toen genomen?
Kinderen bij elkaar gekomen
in Zwolle, de Seringenstraat.
Voorvoelde men wat komen ging,
een foto, een herinnering?

Hier lijkt elk kind nog kind te zijn,
maar wie goed kijkt, die voelt
de pijn, het leven ongewis
de toekomst vol van duisternis.
Een koude prille lentedag,
ik mis de gulle kinderlach.

Ik lees een naam, zie een gezicht,
de blik strak op de lens gericht.
De kinderen Krammer met een ster,
ze woonden hier, ze moesten ver.
Van huis en haard verdreven
ze lieten daar hun leven.

Op vier mei leg ik, hen ter eer,
bij ’t monument seringen neer.

©2008 Alet Boukes
gedicht uit de bundel ‘Licht op Zwolle’

Alle rechten voorbehouden