Verhaal

In Memoriam N.Cohen, J.Coster, J. van Kloeten

Mijn pen is niet bij machte de gevoelens te beschrijven welke er in ons allen al eenige jaren zijn omgegaan bij elke gedachte, die wij hadden als wij over U peinsden.
Weggevoerd, wanneer, hoe, waarheen?
Hoe en wat was de door U ondervonden "behandeling", "straf", verpleging, mishandeling en de ter dood voering?
Eens waagde een Duitsche autoriteit, sprekende over de Jodenwegvoering te zeggen: "de Joden-evacuatie heeft op menschelijke wijze plaats gehad".
Ja, wij wisten het en weten het nu nog beter.
Wat een leed zal U zijn geschied en hoelang hebt gij het moeten en kunnen verdragen?
Gij waart bij ons niet als jood, zooals "men" U schilderde, maar als vriend bekend.
Wat hebben velen ook in de eerst oorlogsjaren nog van Cohens's kunnen en mogen profiteeren en genieten.
Een vierkamp werd wreed stop gezet.
Dat was het begin van Uw bitter lijden.
OP deze plaats meen ik namens Uw vrienden te mogen zeggen, dat wij in langdurige rouwstemming zijn.
Aan U allen zullen wij de herinnering levendig houden, God zij met Uw zielen.

Namens het Constantbestuur,

A. HAGENAARS, Wnd. Voorzitter
Juni 1945
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Uit het boekje "35 jaar Constant".

Voor en na 18 October 1923.

Met genoegen voldoe ik aan het verzoek der Lustrum-commissie,om het Gedenkboek, dat ter gelegenheid van het 35-jarig bestaan der Dam-vereeniging "Constant"zal worden uitgegeven, eenige herinneringen op schrift te stellen.
Aangezien men bij een jubileum altijd onwillekeurig aan de vooraf gegane jaren denkt, wil ik, om in dien trant te blijven, den tijd bespreken, waarin ik lid werd van "Constant".
In den zomer van het jaar 1923 had ik, als 15 jarige leerling aan de Handelsschool aan het Van Alkemadeplein, een schoolvriend, genaamd Joop van Santen, die mij op een goeden dag zeide, dat hij een jongen kende, die zóó buitengewoon goed dammen kon, dat het onmogelijk was, hem te verslaan.
Uit nieuwsgierigheid liet ik, nog nimmer van het damspel gehoord hebbend als spel, dat op bijna wetenschappelijke wijze in vereenigingen en bonden wordt beoefend, mij met dien wonderlijken dammer in contact brengen, wiens naam was Cohen, en van wien ik direct een gevoelig lesje kreeg op het dambord.
De slagen, die hij mij liet zien en de uitleggingen, die hij mij gaf, deden mij dra ernaar verlangen, meer van het damspel te weten en zookwam het dat wij, zonder onzen vriend van Santen, die niet zoo'n groote belangstelling voor verdere studie van het dammen aan den dag legde, ons samen trachten te bekwamen op de 100 vierkanten.
De zomervacantie van de school was daartoe een uitstekende gelegenheid.
Het feit, dat wij dicht bij elkander woonden, werkten er zeer toe mede, datwij elkander dagelijks ontmoetten.
Aldus werden 6 weken dag in dag uit, van 's morgens vroeg tot 's avonds laat, met dammen doorgebracht, waarbij vrijwel alle in de Gemeentebibliotheek van Rotterdam beschikbare damboeken van a tot z werden doorgewerkt.
Wij lazen in die boeken natuurlijk ook van het bestaan van "Constant", maar wisten die vereeniging, die op ons een geheimzinnige aantrekkingskracht uitoefende, niet te vinden.
Mijn leermeester wist hierop raad en heeft "Constant" ontdekt, door net zoolang in allerlei cafe's en lunchrooms in de binnenstad navraag te gaan doen, totdat hij vernam, dat "Constant" gevestigd was juist voor de Passage, aan de Korte Hoogstraat.

-----------------------------------------------------------------------------
-----------------------------------------------------------------------------