Addition

Het gezin Van Gelderen-Korper

Robert Isaäc van Gelderen werd geboren op 15 november 1942 in Amsterdam, als enige kind van Sal van Gelderen en Naatje Korper.

Robert Isaäc van Gelderen werd geboren op 15 november 1942 in Amsterdam, als enige kind van Sal van Gelderen en Naatje Korper. Zijn ouders waren in april 1942 getrouwd, na een verkeringstijd van ruim tien jaar. Vader, van beroep electriciën en instrumentenmaker, bevond zich op dat moment al in een werkkamp in het Drentse Hollandsche Veld en had speciaal voor het huwelijk enkele dagen verlof gekregen.

Robert woonde samen met zijn moeder op het Waterlooplein 78-3 in Amsterdam. Dit was het huis van zijn grootouders van moederskant. Alleen oma Korper woonde hier nog: opa Korper was al voor Roberts geboorte opgepakt bij een razzia en naar Auschwitz gedeporteerd.

Moeder, die naaister van beroep was, werkte op een confectieatelier van een Duits-joodse vluchteling. Dit atelier deed veel werk voor de vrouwen van SS-officieren, hetgeen moeder een Sperre opleverde. Door het huwelijk in april 1942, werd de Sperre ook geldig voor vader, die in augustus vanuit Hollandsche Veld naar Westerbork was gebracht en hier bij de Ordedienst werkte. Rond Kerstmis 1942 mocht hij terugkeren naar Amsterdam.

Uiteindelijk bood de Sperre slechts uitstel en geen afstel: op 1 april 1943 werden Robert, zijn ouders en zijn oma toch opgehaald. Ze kwamen in kamp Vught terecht, waar vader een maand later tewerkgesteld werd bij de Moerdijk.

Oma werd eind mei via Westerbork naar Sobibor gedeporteerd. Enkele weken later stonden Robert en zijn moeder op de lijst voor het beruchte Kindertransport. Via Westerbork werden ze onmiddellijk doorgestuurd naar Sobibor. Beiden kwamen ze hier op 11 juni 1943 in de gaskamers om het leven.

Vader, die in Vught achter was gebleven, kwam bij het Philips-commando terecht, dat begin 1944 eveneens naar Westerbork werd gebracht. De directie van Philips slaagde erin een deel van het transport terug te halen naar Vught, waar ook vader deel van uitmaakte. In juni 1944 lukte het de directie echter niet meer om de werkers te beschermen, en de hele groep werd op transport gesteld naar Auschwitz. Na een verblijf van enkele weken in Birkenau werd vader naar Langenbilau gedeporteerd en tewerkgesteld bij de Hagenau-fabrieken in Reichenbach. Hij werd uiteindelijk op 8 mei 1945 bevrijd.

Robert van Gelderen werd slechts 7 maanden oud.

All rights reserved