Verhaal

Over het leven van Joseph (Jan) Valk.

Heel veel weet ik niet over mijn Grootvader. Slechts datgene wat mijn moeder over hem vertelde.

Joseph kwam uit een gezin met 5 broers en een halfzusje Roosje. Zij was een dochter uit een eerder huwelijk (zie Jacob Valk). Na bemiddeling van zijn latere schoonvader Isaac Brandel ( 1845 – 1931) begon Joseph als loopjongen bij Van den Berg Margarinefabrieken ( het latere Unilever) en maakte daar al snel carrière. Hij ging veel op reis om elders ook de opkomst van de margarine te promoten. Mijn moeder vertelde altijd vol trots dat hij bij een bezoek aan Zweden, tijdens een overleg de vele glaasjes jenever die geschonken werden, stiekem in het zand van een plant gooide en hierdoor met een ‘koel hoofd’ goede zaken deed.

Als mijn grootouders naar theater gingen per koets, droeg hij mijn steeds zwakker wordende grootmoeder de trappen van het theater op. Zij wilde ook dat hij zijn naam in Jan veranderde, Joseph vond ze zo ouderwets klinken. Na haar overlijden, trouwde hij op haar verzoek met haar nichtje Sebilla Cohen. Met haar kreeg hij een zoon: Hans.

Ook was hij één van de eersten die filmde en fotografeerde en ook een radiotoestel aanschafte zodra dit op de markt kwam.

Toen de stad Rotterdam gebombardeerd werd door de Duitsers, is ook hij naar het centrum wezen kijken. ‘Zijn haar was bijna wit geworden’, zei mijn moeder toen hij bij haar thuis kwam. Kort daarna nam zijn leven een andere wending. Eéntje die niemand een ander toewenst!

Bron: Jannie van Duuren van Waveren