Verhaal

In Memoriam I

Salomon Eckstein is het jongste kind uit het huwelijk van Hartog Eckstein, kramer en vleeshouwer, en van Saartje Hoogstraal. Zijn ouders sterven respectievelijk in 1884 en 1893.

De eerste zoon van Salomon’s ouders, Manuel, sterft dertien maanden na zijn geboorte. Dochter Perlina (1879-1943) woont gedurende de oorlog in Apeldoorn en wordt in 1943 in Auschwitz vermoord. Jongste dochter, Kaatje, sterft tijdens haar onderduik in Heerlen. Het is niet bekend of het om een natuurlijke dood gaat, of dat Kaatje zelf haar leven heeft beëindigd, mogelijk overmand door verdriet om haar dochter en schoonzoon, beiden worden relatief kort voor haar dood opgepakt.

Salomon verlaat in november 1904 zijn geboorteplaats Uithuizen en gaat in Apeldoorn wonen. Hij trekt in bij zijn oom Koppel Hoogstraal en zijn tante Wilhelmina Hoogstraal-Frankforter (1863-1943). Dit vindt waarschijnlijk plaats op het moment dat hij aan de slag gaat als borstelmaker. Koppel en diens broer zijn eigenaar van een borstelfabriek. In mei 1908 vestigt Salomon zich tijdelijk in Den Haag en na vier maanden gaat hij weer terug naar zijn oom en tante. Twee maanden na de opening van het Apeldoornsche Bosch gaat Salomon hier aan de slag als leerling, hij woont er intern. In juni 1910 behaalt Salomon het eerste overgangsexamen ‘krankzinnigenverpleging’, gelijktijdig met hem slagen ook zijn zus Perlina en de dan nog ongehuwde Henriëtte Hoogstraal-de Haan (1888-1943).

Salomon begint met zijn zus Perlina, de latere mevrouw van Praag-Eckstein, een ‘pension voor zenuwpatiënten, rust- en hulpbehoevenden’. De oudste teruggevonden vermelding stamt uit oktober 1913. Uit het bevolkingsregister van Apeldoorn blijkt dat Salomon enkele maanden eerder het Apeldoornsche Bosch heeft verlaten. Broer en zus Eckstein brengen de gunstige ligging van hun pension onder de aandacht van hun mogelijke klanten: ‘zeer rustig gelegen, nabij de bosschen’. Het adres is Gardenierslaan 27.

Een deel van de mensen die broer en zus Eckstein opvangen, bestaat uit patiënten van het Apeldoornsche Bosch. Onder hen de vrouw die in juni 1909 als vijfde patiënt van de inrichting werd geregistreerd: Helena van Dantzig (1874-1943). Het is onbekend gebleven of het pension en de inrichting samenwerkten of elkaar als concurrent beschouwden.

Op een onbekend gebleven datum behaalt Salomon het staatsdiploma verpleegkunde B. In de advertenties voor het pension wordt vermeld dat Salomon ook in het bezit is van het diploma van de Nederlandse Vereniging Psychiatrie en Neurologie.

Op een nu onbekend tijdstip moment verplaatsen Salomon en Perlina hun pension naar Van Kinsbergenstraat 9.

Sara de Meza is de dochter uit het huwelijk van letterzetter Raphael de Meza en Ester Rimini. Sara heeft drie broers en vier zussen. Van hen zijn twee broers en twee zussen in de vernietigingskampen om het leven gebracht.

Sara werkt in haar jongere jaren in Amsterdam als dienstbode. Op de latere registratiekaart van de Joodse Raad staat ze vermeld als naaister, het is onbekend gebleven in welke periode zij dit beroep heeft uitgeoefend. In 1911 wordt ze genoemd als een van de leerlingen die het eerste deel van de opleiding ‘krankzinnigenverpleging’ heeft behaald.

Salomon en Sara leren elkaar in 1913 op de werkvloer kennen; hij is verpleger in het Apeldoornsche Bosch en zij volgt daar een interne opleiding. In 1914 behaalt Sara haar staatsdiploma verpleegkunde B.

Salomon en Sara treden op 21 februari 1917 in het huwelijk. De plechtigheid vindt plaats in Apeldoorn. Salomon is dan 34 jaar en Sara 29. De broer van Sara, David de Meza, is getuige bij de plechtigheid. Een maand na deze bruiloft trouwt Perlina, Salomons zus. Bij haar huwelijk is hij getuige.

In deze periode veranderen ook de advertenties van het pension: Perlina, in de advertenties ‘Zuster Eckstein’, wordt nu vervangen door Sara, als ‘Zuster Eckstein-de Meza’. Het is denkbaar dat Perlina wel bij de onderneming betrokken is gebleven.

Het echtpaar Eckstein verhuist in Apeldoorn naar Zutphensestraat 161.

Bronnen: Verwanten van het echtpaar Eckstein, Delpher (gedigitaliseerde Nederlandse historische kranten), Afdeling ‘Naam & Gezicht’ van het herinneringscentrum Kamp Westerbork, CODA Archief Apeldoorn, Digitaal Joods Monument, Erica adresboek van Apeldoorn, het Gelders Archief, ITS Archiv Bad Arolsen (International Tracing Service), het boek ‘In Memoriam’ door Guus Luijters en Yad Vashem.

4 juli 2022