Verhaal

Joodse oorlogsslachtoffers nu ook op monument Voorschoten

Door: hrz

Het Oorlogsmonument Voorschoten uit 1948 is omgevormd tot een algemeen herdenkingsmonument voor alle Voorschotense burgerslachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en militairen die in of na de Tweede Wereldoorlog zijn omgekomen in militaire acties of tijdens vredesoperaties. Ook de namen van alle in Voorschoten woonachtige of ondergedoken Joden zijn nu op het monument aangebracht.

Op donderdag 26 april 2012 is in de Zuidhollandse gemeente Voorschoten het vernieuwde oorlogsmonument onthuld waarop de namen staan van de zeven Voorschotense Joden die zijn vermoord in Auschwitz en Sobibor en van de twee andere Joodse inwoners die in of kort na de oorlog zijn overleden. Het uit 1948 daterende monument is namelijk omgevormd tot een algemene herdenkingsplaats voor alle Voorschotense burgerslachtoffers van de Tweede Wereldoorlog en militairen die in of na de Tweede Wereldoorlog zijn omgekomen in militaire acties of tijdens vredesoperaties.

Op het oorspronkelijke monument van ontwerpster Gra Rueb, een staande natuurstenen zuil, staan de namen van negen uit Voorschoten afkomstige omgekomen of gefusilleerde verzetsstrijders en van drie in de meidagen van 1940 gesneuvelde militairen. Al in de jaren ‘50 ontstond er discussie of er niet meer namen op het monument moesten worden vermeld. Een in 2009 opgericht comité, gesteund vanuit de Gemeenteraad, onderzocht nog eens inhoud en betekenis van het herdenkingsmonument en deed dossieronderzoek; het stelde in 2010 voor om het oorlogsmonument te verbreden tot een algemene gedenkplaats. Walter Wijnberg nam als Joodse inwoner van Voorschoten deel aan de werkzaamheden van het comité; helaas is hij daags na de onthulling van het vernieuwde monument overleden en heeft hij deze plechtigheid niet meer kunnen bijwonen.

Vóór het bestaande monument zijn naar ontwerp van Robert Oosterheert vijf natuurstenen plaquettes aangebracht waarop de namen staan van negenentwintig mensen met ruimte voor toekomstige aanvullingen. De plaquettes liggen in één rechte schuin oplopende rij, beginnend onder het maaiveld tot enkele tientallen centimeters boven de grond. Het geheel is omgeven door eenvoudige klinkerbestrating.

Op de plaquettes staan de namen van de uit Voorschoten afkomstige Joden die zijn vermoord: Moritz Bottwin, zijn vrouw Rosalie Bottwin-Platz, haar zus Henriette Platz, en Merdachia Naymann in Sobibor, en Lewise Polak, Mauritz van Someren en Heintje Cosman in Auschwitz. Ook zijn vermeld Salomon Marselus, die op 10 juni 1945 in Theresienstadt stierf, 90 jaar oud, en Philip Kopuit die op 27 april 1944 op zijn onderduikadres in Voorschoten aan angina pectoris is overleden. Hij werd in het geheim begraven in de tuin van zijn onderduikadres en na de oorlog herbegraven op Muiderberg.

Verder zijn onder meer de namen vermeld van een in de Javazee gesneuvelde militair, omgekomenen in Jappenkampen en militairen die zijn gesneuveld tijdens de politionele acties in het toenmalige Nederlands Indië, alsmede van een aantal in of vlakbij Voorschoten door beschietingen en bombardementen omgekomen burgers.

Tijdens de goed bijgewoonde onthullingsplechtigheid las burgemeester Jeroen Staatsen de namen voor van alle 41 op het vernieuwde monument geëerde slachtoffers met leeftijd en plaats van overlijden. Ook sprak het uit Voorschoten afkomstige VVD-Kamerlid Helma Neppérus als voorzitter van het initiatiefcomité. Het monument staat naast het Voorschotense gemeentehuis aan de Leidseweg aan de rand van het Burgemeester Berkhoutpark. Vorig jaar stelde rabbijn Awraham Soetendorp het Voorschotense initiatief om de namen van de vermoorde Joden op het monument te vermelden ten voorbeeld aan Den Haag, waar de namen van de 20.000 weggevoerde Joden nimmer in het openbaar zijn vastgelegd.

Alle rechten voorbehouden