Biografie

Over Mietje van Rood

Mietje van Rood, nakomeling van Benjamin van Rood en Sientje van Spier.

Benjamin van Rood, geboren in 1838, trouwde op 21 Juni 1865 in Hilversum met in 1836 geboren Sientje van Spier en kregen samen in totaal elf kinderen. Van de elf kinderen zijn er vijf als babies overleden – geen van hen is ouder dan 1 jaar geworden.
Van hun kinderen die de volwassenheid hebben bereikt zijn Kaatje, Neeltje, Eva, Mathilda en Susanna van Rood tijdens de Sjoa vermoord. Van Mietje is bekend dat zij de oorlog heeft overleefd.

Mietje van Rood, in 1954 woonachtig in Den Bosch, is op 3 Juni 1954 in Amsterdam op 85-jarige leeftijd overleden en begraven op de Joodse Begraafplaats in Diemen.  Zij was op 18 Juni 1889 gehuwd in Hilversum met de 27-jarige diamantslijper, leverancier van uitrustingen en koopman in kleding Hartog Groen uit Den Helder,  maar is vermoedelijk rond 1922 van hem gescheiden. Hun vier kinderen werden in Amsterdam geboren: t.w. Sophia op 31 Januari 1892, Sientje op 9 Maart 1894 en de tweeling Abraham en Benjamin op 21 Januari 1896.

Van de tweeling is Benjamin Groen echter op 13-jarige leeftijd op 23 Mei 1909 in Antwerpen overleden en begraven in Kiel (Antwerpen) en later herbegraven op de Joodse Begraafplaats in Putte.

Dochter Sientje trouwde op 23 September 1921 in Den Haag met de koffiehandelaar Th. Alph. J. M. Sweens uit Den Bosch maar is van hem op 28 Augustus 1946 van echt gescheiden.

Mietje Groen-van Rood woonde  op 18 Juni 1917 in  de St. Jacobstraat 77 in Den Haag, waar vanaf 1839 tot aan 1929 het Israëlitisch Oude Mannen-en Vrouwenhuis in was gevestigd. Zij heeft in den Haag  gewerkt als linnenjuffrouw en vertrok van daar, als van echt gescheiden,  op 9 Juni 1922 naar Berchem ( Antwerpen)  en woonde daar met haar nog ongehuwde zoon Abraham in de Campenhoutstraat 6, die later in 1926 in Antwerpen trouwde met Esther Friedman;zij heeft de oorlog overleefd en volgens verhalen zou Abraham Groen verdronken zijn ergens op de Indische Oceaan, toen het schip waarmee hij naar Birma voer om bij de spoorweg tewerk gesteld te worden, tot zinken werd gebracht.

Hartog Groen, vermoedelijk rond 1922 is gescheiden van Mietje van Rood, woonde in 1925 in Le Havre. Van hem is verder niets bekend. Van Mietje is nog verder bekend dat zij in 1917 met haar toen nog ongehuwde zoon Abraham vanuit Antwerpen  naar Amsterdam kwam en inwoonde bij haar zwager Philip Peper (echtgenoot van Eva van Rood) en in 1918 met haar dochter Sophia naar den Haag verhuisde. 

Mietje’s dochter, Sophia Groen trouwde op 11 Februari 1925 met de handschoen in den Haag met haar neef Benjamin Frank, een zoon van Neeltje van Rood en Jacob Frank . (Jacob Frank , makelaar, 55 jaar, woonachtig te Hilversum, was bijzonder gevolmachtigde bij authentieke akte voor zijn zoon Benjamin – getuigen bij dit huwelijk waren Jacob Philip Peper, scheikundige en Abraham Groen, 2e luitenant der infanterie).

 In 1927 werd hun dochter Myriam Netta Rosa in Hilversum geboren, waarna zij naar Bandoeng in Nederlands Indië vertrokken. Daar is in 1935 hun zoon Jaap Denis geboren. Benjamin Frank was een Hollandse ambtenaar en had een leidinggevende functie bij de Spoorwegen. Tijdens de oorlog werd de familie Frank door de Japanners in 1942  geinterneerd en vermoedelijk door, of op beschuldiging van spoorwegsabotage, is Benjamin Frank door de Kempetai  om het leven gebracht. Zijn overlijden is geregistreerd op 9 December 1944 in Batavia. 

Alle rechten voorbehouden