Willem van Moppes was de oudste zoon van Dientje Vos en Samson van Moppes. Zijn jongere broertje heette Jacop. Moeder, Dientje de Vos, overleed in 1930 en vader Samson hertrouwde met Dina van West. Het gezin werd uitgebreid met Tobias en Louis Samson van Moppes. Vader Samson werkte jarenlang als behanger, later had hij op Beukenplein 30-32 een winkel in ‘electrische ornamenten, kronen en lampenkappen’.
Na de lagere school volgde Willem een opleiding aan de Openbare Handelsschool aan het Raamplein. In 1936 werd hij goedgekeurd voor militaire dienst en diende hij bij de infanterie. Als aantekening in zijn militieregister staat ‘ritueel eten geen bezwaar’. Joodse dienstplichtigen hadden de keuze tussen wel of geen kosjere maaltijden. Willem kwam niet uit een orthodox-joods gezin en had geen bezwaar tegen ritueel eten, maar stelde dat blijkbaar niet als eis. Nadat Willem het leger had verlaten, werd hij kantoorbediende. Hij woonde nog steeds bij zijn ouders thuis aan het Beukenplein in Amsterdam-Oost.
Tijdens de razzia van zaterdag 22 februari 1941 bevond Willem zich in of vlak bij de door Duitse politieagenten afgezette Jodenbuurt en werd opgepakt. Samen met honderden andere Joodse jonge mannen werd hij naar kamp Schoorl overgebracht en van daaruit naar Buchenwald. Op 27 februari werd hij met een grote groep van 690 andere gevangenen naar Mauthausen gedeporteerd. In dat kamp kwam de 23-jarige Willem op 13 september 1941 om het leven.
Ook van het gezin Van Moppes overleefde niemand de oorlog. Vader Samson, (stief)moeder Dina en de drie zoons Jacob, Tobias en Louis werden in mei 1943 in Sobibor vermoord.
Gebaseerd op verhaal en onderzoek Wally de Lang