Biografie

Het lot van Levie Vogel en zijn vrouw Bloeme Krant.

Levie Wertheijm was de natuurlijke zoon van Schoontje Wertheijm die zij bij zijn geboorte op 24 September 1916 heeft erkend. Pas 9 jaar later trouwde Schoontje met de havenarbeider en biologische vader, Hartog Vogel, een zoon van Isaac Vogel en Trijntje Lubig. Hartog was geboren op 6 April 1893 en toen hij op  4 Maart 1925 Met Schoontje Wertheijm trouwde, erkende hij ook de inmiddels 8-jarige Levie als zijn zoon, waarbij Levie toen de achternaam van zijn vader ging dragen: Vogel.

Toen Levie werd geboren, woonde zijn moeder op de Nieuwmarkt, waar zij als dienstbode werkte. Zijn vader Hartog Vogel woonde toen in de Foeliestraat 38 en in 1922 verhuisde hij naar de Valkenburgerstraat 12 en toen hij met Levie’s moeder trouwde, betrokken zij allen een woning op het Markenplein 1. Via verschillende huisnummers in de Valkenburgerstraat kwamen zij uiteindelijk te wonen in het achterhuis van de 1e etage van nummer 44 van de Rapenburgerstraat.

Levie verdiende zijn brood als fabrieksarbeider. Hij woonde nog altijd thuis in de Rapenburgerstraat 44 1-hoog/achter toen hij op 4 December 1940 in Amsterdam met Bloeme Krant trouwde. Daarna trokken zij in bij de Bloeme’s ouders, Samuel Krant en Margaretha Elisabeth Onclin, die toen in de Nieuwe Amstelstraat 12 huis woonden. Toen die verhuisden naar de Eerste Anjeliersdwarsstraat 1 II in de Amsterdamse Jordaan, verhuisden Levie en Bloeme met hen mee. 

Bloeme’s vader Samuel Krant was met een niet-Joodse vrouw gehuwd. Samuel werd echter verplicht zich op 20 Mei 1943 te melden bij de Marechausseekazerne aan de Polderweg in Amsterdam-Oost, op grond van een verordening van Rauter, dat vanaf 21 Mei 1943 zich geen Jood meer in Amsterdam mocht ophouden – uitzonderingen daargelaten. Hij werd op 20 Mei 1943 afgevoerd naar Westerbork waar hij terechtkwam in barak 55. Op 29 Mei werd namens hem een verzoek gedaan om bewijsstukken te verzorgen over zijn gemengde huwelijk met zijn echtgenote Margaretha  E. Krant-Onclin met als gunstig resultaat dat Samuel Krant op 9 Juli 1943 uit Westerbork werd ontslagen.

Ten tijde van de verplichte registratie van alle Joden in Nederland, werd fabrieksarbeider Levie Vogel als kleermaker geregistreerd en zijn vrouw Bloeme Krant, die eerder mantel naaister was, als modiste. Beiden werden op 19 Juli 1942 voor de “Arbeitseinsatz” opgeroepen, maar om redenen die onbekend zijn, werden beiden door de Joodse Raad voorlopig vrijgesteld van deportatie. Bovendien is gebleken dat Levie’s ouders pogingen hebben ondernomen om hem via Calmeyer half-Joods te laten verklaren: Levie Vogel zou een kind zijn uit een relatie van zijn moeder met een niet-Joodse man.

Dat alles heeft niet mogen baten; op 29 Juni 1943 werden Levie Vogel en zijn vrouw Bloeme Vogel-Krant gearresteerd en afgevoerd naar Westerbork. In barak 62 konden zij hun deportatie afwachten, die op 7 September 1943 volgde naar Auschwitz met nog 985 andere gedeporteerden. Het transport arriveerde in Auschwitz ca 10 September 1943.

Op basis van zijn leeftijd, toen nog 26 jaar, werd Levie Vogel bij aankomst in Auschwitz geselecteerd om puin te ruimen in het verwoeste getto van Warschau.  Alle mannen tussen 16 en 51 jaar van het transport van 7 September 1943 uit Westerbork belandden op 8 October 1943 in Warschau, waar zij op of vóór 31 Maart 1944 zijn omgekomen, aldus een latere vaststelling van het Rode Kruis.  Wielek beschrijft in zijn boek "De Oorlog die Hitler won" op blz. 381 dat het puinruimen van het verwoeste getto onder de meest vernederende en beestachtige omstandigheden en duurde tot 28 Juli 1944. 

Begin 1944 is er in het Joodse kamp te Warschau een hevige typhus epidemie uitgebroken en zeer veel gevangenen zijn als gevolg daarvan overleden, onder wie ook vele Joden uit Nederland. Volgens een overlevende getuige zou Levie Vogel daarvan al begin 1944 slachtoffer zijn geworden. Zijn exacte datum van overlijden is niet bekend, waarop de Nederlandse Autoriteiten na de oorlog hebben vastgesteld dat hij na 31 Januari 1944 niet meer in leven kon zijn. De gemeente Amsterdam kreeg vervolgens opdracht om een overlijdensakte voor hem op te maken waarin is vastgelegd dat Levie Vogel op 31 Januari 1944 in Warschau is overleden.

Zijn vrouw Bloeme Krant werd op 10 September 1943 bij aankomst in Auschwitz als zijnde een 22-jarige vrouw zonder kinderen eveneens voor “arbeid” geschikt geacht en kwam met nog ± 100 andere vrouwen in Birkenau terecht. Bloeme was geen verpleegster, waarvan er 30 geselecteerd werden voor het “Krankenrevier” en had ook geen medische achtergrond. Zij zal daarom met de overige vrouwen hoogst waarschijnlijk zeer zware arbeid in Birkenau hebben moeten doen, al is niet bekend waaruit dat werk bestond. De levenskansen waren daardoor slechts ca. twee maanden en uitzonderingen daargelaten, moet worden aangenomen dat zij uiterlijk op 30 November waren overleden.

De Nederlandse Autoriteiten hebben na de oorlog vastgesteld, mede op basis van onderzoek door het rode Kruis en getuigenissen van overlevenden, dat Bloeme Vogel-Krant na 30 November 1943 niet meer in leven kon zijn. De gemeente Amsterdam heeft toen een akte van overlijden voor haar opgemaakt, waarin is vastgelegd dat zij in of in de omgeving van Auschwitz op 30 November 1943 is overleden.

Bronnen o.a. Het Stadsarchief Amsterdam, gezinskaarten van Levie Wertheijm (1856), Hartog Vogel; archiefkaarten van Samuel Krant, Margaretha Elisabeth Onclin, Bloeme Krant en Levie Vogel; Geboorteakte voor Levie Vogel uit Amsterdam, nr. 11164 d.d 26-09-1916; website Open Archieven.nl/huwelijksakte nr. 110 van Hartog Vogel & Schoontje Wertheijm 4 Maart 1925 uit Amsterdam met aantekening van erkenning door de moeder in 1916 en door de vader in 1925; Woningkaarten Amsterdam Nieuwe Amstelstraa 12/Samuel Krant en Levie Vogel en de 1e Anjeliersdwarsstraat 1/Levie Vogel; het archief van de Joodse Raad, registratiekaarten van Levie Vogel, Bloeme Vogel-Krant en Samuel Krant; Overlijdensaktes Amsterdam voor Levie Vogel, nr. 146 d.d. 29-08-1952 uit register A96-folio 26 en voor Bloeme Krant nr. 416 d.d. 10-08-1951 uit het register A83-folio 71; "De oorlog die Hitler won" door H. Wielek, 1947, Amsterdams Boek- en Courantmij N.V. bz. 381 en 382 en de Publicatie Auschwitz deel IV van het Nederlandse Rode Kruis/Transporten van Westerbork naar Auschwitz en Warschau m.n.v. 7 September 1943.

 

 

Alle rechten voorbehouden