Biografie

Over Paul Joseph Drilsma

Paul Joseph Drilsma was, behalve textielhandelaar, reservekapitein van het toenmalige Korps Motordienst. Hij was tevens voorzitter van de voetbalclub Rijswijk.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog had Paul Drilsma als reserve-officier bij de infanterie gediend. Tijdens het interbellum is hij overgestapt naar het Korps Motordienst om bij herhalingsoefeningen dicht bij zijn ouders te zijn. Het Korps Motordienst was immers gelegerd in de Ripperda-kazerne in Haarlem. Daar woonden zijn ouders ook, het laatst op het adres Verspronckweg 72.
Paul Drilsma was tijdens de mobilisatie van WO II gelegerd in Hilversum. Hij was daar compagnies-commandant. Zijn hoofdkwartier was in een villa in de Beethovenstraat, het 'Matje' genoemd. Daar is een foto genomen waar hij in uniform achter zijn bureau zit. Hij was ingekwartierd bij de familie Jhr.Quarles van Ufford op de 's Gravenlandseweg.
De compagnie van Paul Drilsma moest militair materieel vervoeren naar de voorste linies. Na de Duitse invasie moest het bataljon waartoe de compagnie van Drilsma behoorde, van de bezetter materieel vervoeren of ophalen in Duitsland. Drilsma kreeg vrijstelling omdat toen al bekend was dat Duitsland gevaarlijk was voor de joden.
Paul Drilsma heeft nog kunnen werken tot begin 1942. Toen ook reserve-officieren werden opgeroepen voor krijgsgevangenschap is hij ondergedoken. Begin 1944 is hij verraden. Hij werd eerst vervoerd naar de strafgevangenis Scheveningen en later naar Westerbork. Zijn echtgenote heeft nog vergeefs geprobeerd hem op voorspraak van hooggeplaatste militairen vanuit Westerbork naar een krijgsgevangenkamp te laten overbrengen. Vanuit Westerbork is hij richting Auschwitz gedeporteerd. Waarschijnlijk is hij bij de plaats Kosel uit de trein gehaald om dwangarbeid te verrichten. Dat heeft hij niet overleefd.
Toevoeging van een bezoeker van de website