Verhaal

Menno van der Horst was ondergedoken in Driene

Deze bijdrage is toegevoegd via AndereAchterhuizen.nl, waar verhalen van Joodse onderduikers in kaart worden gebracht.

Half september werd Menno naar een ander onderduikadres gebracht. Hij verbleef ongeveer twee maanden bij de weduwe Leevink/Leefink en haar zoon in Driene. Hier had hij een vervelende tijd.

“Het waren geen prettige mensen. Op een gegeven moment had de kat een nestje gekregen op de hooizolder. Toen hebben de weduwe of haar zoon de kittens van de hooizolder naar beneden gegooid, met een dorsvlegel geslagen en daarna half levend begraven. Daar sta je dan bij en kijk je naar als klein jongetje.”

In Driene is er één keer een huiszoeking geweest.

“Ik werd van mijn bed gelicht en moest in mijn ondergoed en op blote voeten in de sneeuw in de tuin gaan staan. Ik stond beschut achter de dennenbomen tot het voorbij was. Het was koud, maar ik voelde maar weinig angst.”

Tijdens de onderduik in Driene werd Menno acht jaar. Op het onderduikadres kreeg hij een cadeau via zijn opa van zijn vader, een boekje. Tijdens de gehele onderduik is zijn vader hem drie keer komen opzoeken. Hij kwam dan op de fiets vanuit een duikadres in Enschede. Voor Menno was dit heel prettig, want op die manier had hij nog enig contact met zijn ouders, die hij langere tijd niet zag en ook niets van hen hoorde. Als zijn vader langskwam praatten ze en wisselden ze emoties uit.

Alle rechten voorbehouden